Leervorderingentoets die meet wat een leerling in leerjaar twee van het voortgezet onderwijs heeft geleerd in vergelijking met andere leerlingen op het gebied van de volgende kernvaardigheden: Nederlands leesvaardigheid, Nederlands woordenschat,...
Leervorderingentoets die meet wat een leerling in leerjaar -drie van het voortgezet onderwijs heeft geleerd in vergelijking met andere leerlingen op het gebied van de volgende kernvaardigheden: Nederlands leesvaardigheid, Nederlands...
Er zijn twee versies van deze gedragsobservatieschaal beschikbaar. De NLD-schaal voor kinderen van 6 t/m 12 jaar bestaat uit 34 items en kan ingevuld worden door een ouder, leerkracht of hulpverlener. Dit instrument bevat negen subschalen en de...
De schooltoets bestaat uit Luisteren 1 met vier toetsen voor groep 3 en 4, Luisteren 2 met twee toetsen voor groep 5 en 6 en Luisteren 3 met twee toetsen voor groep 7 en groep 8. Luisteren 1 bestaat uit twee delen en wordt in twee keer...
Leerdoelgerichte schooltoets (niet gebonden aan bepaalde lees- of taalmethode) die begrijpend lezen meet op woordniveau. De Woordenschattest heeft 33 items waarbij de leerling uit vier alternatieven het woord moet kiezen dat qua betekenis het...
Diagnostisch instrument o.a. gebaseerd op het model voor de verwerving van de fonologie van een tweede taal (James, 1987). DUIM bestaat uit acht onderdelen:1. Achtergrondinformatie, 2. Screening spontane spraak, 3. Beoordeling...
Vragenlijst met 11 items. De ISB komt overeen met de sociale dimensie van de IRGL, 1990. Er zijn drie subschalen: Potentiële emotionele betrokkenheid, Feitelijke vertrouwelijkheid en Bezoek. Op vierpuntsschalen moet aangegeven worden in...
Acht subtests: Woordenschat, Stippen verbinden, Cijferherkenning, Letterherkenning (klassikale afname) en Overeenkomsten en verschillen, Cijfergeheugen, Auditieve aanvulling en Auditieve synthese (individuele afname). Elke subtest heeft...
Observatieschaal met acht pijngedragingen waarvan de intensiteit of frequentie wordt beoordeeld op een driepuntsschaal. Tijdens de observatieperiode wordt de patiënt gevraagd te lopen, te staan e.d. De observatoren moeten getraind worden in de...
De schaal bestaat uit 24 multiple-choice items die naar vier sociale situaties verwijzen, t.w. A. sociale interactiesituaties waarin men opvalt; B. beoordelingssituaties; C. nieuwe en onverwachte situaties en D. gezelligheids- en informele...