Testbatterij voor het beoordelen van de ontwikkeling van jonge kinderen op vijf gebieden: Cognitie, Taal, Motoriek, Sociaal-emotionele Ontwikkeling en Adaptief Gedrag. Drie onderdelen worden door een testleider afgenomen: de Cognitieschaal, de...
Testbatterij gericht op het vaststellen van de algemene mentale en motorische ontwikkeling van het kind. Het instrument bestaat uit drie schalen:- de Mentale schaal (178 items) meet vaardigheden die betrekking hebben op visuele en auditieve...
Gestandaardiseerde procedure met 391 items bestaande uit de volgende onderdelen:- Deel A gestructureerd klinisch interview met de patiënt m.b.t. de huidige psychische toestand, persoonlijke, medische en familiaire voorgeschiedenis (125 items).-...
Diagnostisch instrument o.a. gebaseerd op het model voor de verwerving van de fonologie van een tweede taal (James, 1987). DUIM bestaat uit acht onderdelen:1. Achtergrondinformatie, 2. Screening spontane spraak, 3. Beoordeling...
Autonomieschaal (deel uitmakend van een uitgebreide vragenlijst, voor een deel gebaseerd op andere, buitenlandse vragenlijsten) met 10 items. Cliënt antwoordt op vijfpuntsschalen (van ‘erg weinig' tot ‘erg veel') of het werk gelegenheid biedt...
De TRF is de door de leerkracht in te vullen versie van de CBCL. De TRF bestaat uit twee delen: 1. een deel over het (school)functioneren met 10 vragen betreffende schoolgedrag en prestaties e.d. die op twee- tot zevenpuntsschalen beantwoord...
Vragenlijst met 11 items. De ISB komt overeen met de sociale dimensie van de IRGL, 1990. Er zijn drie subschalen: Potentiële emotionele betrokkenheid, Feitelijke vertrouwelijkheid en Bezoek. Op vierpuntsschalen moet aangegeven worden in...
Observatieschaal met acht pijngedragingen waarvan de intensiteit of frequentie wordt beoordeeld op een driepuntsschaal. Tijdens de observatieperiode wordt de patiënt gevraagd te lopen, te staan e.d. De observatoren moeten getraind worden in de...
Schaal met vier items, via factoranalyse verkregen uit de Subjective Symptom Test of Fatigue (Kogi e.a., 1970), waarop patiënten op een vierpuntsschaal aangeven in welke mate men de voorafgaande dag last had van een symptoom.
De vragenlijst bestaat uit 89 vragen met meervoudige antwoordvorm. De jongere kiest het antwoord dat op hem/haar het meest van toepassing is. Er zijn vier subschalen: P (34 items), F- (14 items), F+ (18 items) en SW (23 items).