Zelfrapportagevragenlijst met 53 items gericht op symptomen van psychopathologie. Het instrument omvat 9 dimensies die overlappen met psychiatrische syndromen:Somatische klachten (7 items).Cognitieve problemen (6 items)Interpersoonlijke...
Vragenlijst met 53 items gericht op symptomen van psychopathologie. Het instrument omvat 9 dimensies die overlappen met psychiatrische syndromen:Somatische klachten (7 items).Cognitieve problemen (6 items)Interpersoonlijke gevoeligheid (4...
Semi-gestandaardiseerd interview bestaande uit 67 items. Er zijn 40 zelfrapportagevragen, 25 observatie-items die na afloop van het gesprek worden gescoord en twee items voor globale beoordeling van ernst en betrouwbaarheid. De items worden...
De beoordelingsschaal verzamelt informatie op vijf gebieden van functioneren die elk als belangrijk diagnostisch criterium voor borderline persoonlijkheidsstoornis worden beschouwd: Sociale aanpassing, Impuls en handelingspatroon, Affekten,...
Observatieschaal bestaande uit 263 woorden en 11 zinnen gericht op de taalontwikkeling van het jonge kind. Ouders krijgen één tot twee weken de tijd om de lijst thuis in te vullen en te observeren welke woorden en zinnen hun kind actief en...
De test bestaat uit 12 subtests: 1. Figuur herkennen (50 onvolledige tekeningen). 2. Exclusie (50 vierkeuze items), 3. Geheugenspan (2 series van 18 items van 2 t/m 7 figuren), 4. Woordbetekenis (60 vierkeuze items), 5. Doolhoven (14...
Taal voor Kleuters bestaat uit twee schooltoetsen: een platenboek voor de jongste kleuters met 48 opdrachten en een platenboek voor de oudste kleuters met 56 opdrachten. Bij elke opdracht moet het goede plaatje worden aangestreept. Beide...
De toets bestaat uit 45 opdrachten voorafgegaan door een oefenitem. Het receptieve deel heeft 35 opdrachten waarbij het kind een plaatje moet aanwijzen en omvat Passieve Woordenschat, Definitievaardigheid (raadsels) en Kritisch luisteren. Het...
Toets bestaande uit tien onderdelen: ‘vergelijken’, ‘hoeveelheden koppelen’, ‘correspondentie’, ‘ordenen’, ‘telwoorden gebruiken’, ‘synchroon en verkort tellen’, ‘resultatief tellen’, ‘toepassen van kennis van getallen’, ‘schatten’ en ‘meten’....