Begeleidingsinstrument dat door de groepsleerkrachten van groep 1 t/m 8 elk schooljaar na de herfstvakantie voor alle leerlingen wordt ingevuld. Er zijn 27 vragen met vijf antwoordmogelijkheden, van 'altijd' (in meer dan 80% van de gevallen)...
Observatieschaal in te vullen door getrainde verpleegkundigen die de patiënt goed kennen.De schaal heeft 34 items. Er zijn negen subschalen met twee tot zes items:Mobiliteit, Sociale activiteit, Agressief en achterdochtig, Cognitie, ADL,...
Autonomieschaal (deel uitmakend van een uitgebreide vragenlijst, voor een deel gebaseerd op andere, buitenlandse vragenlijsten) met 10 items. Cliënt antwoordt op vijfpuntsschalen (van ‘erg weinig' tot ‘erg veel') of het werk gelegenheid biedt...
De MPVC is met uitzondering van twee items gelijk aan de MPVH en bestaat uit 52 items met antwoordcategorieën juist, ? en onjuist. Patiënt moet aangeven welk antwoord de laatste tijd op hem van toepassing is. De vier subschalen zijn...
Vragenlijst bestaande uit 33 items met vijf antwoordalternatieven. Drie theorieën liggen aan de vragenlijst ten grondslag: de psychosomatische theorie, de externaliteitstheorie en de theorie van lijngericht eetgedrag. Op basis van het gevonden...
Vragenlijst met 33 items gericht op eetgedrag met vijf antwoordalternatieven: nooit (1), zelden (2), soms (3), vaak (4) en zeer vaak (5). Een voorbeelditem is: ‘Als u iets tegenzit of verkeerd gaat, heb u dan zin om iets te eten?' De NVE bestaat...
Deze schaal is een uitbreiding naar boven van de SRZ en bevat 63 items, verdeeld over drie subschalen: Zelfredzaamheid I (15 items), Zelfredzaamheid II (15 items) en Verbaal-Numeriek (17 items) en 16 restitems (R).De SRZ-P dient ingevuld te...
Schaal met 31 in de dagelijkse omgang waarneembare items. Invulling door de dagelijkse begeleiders. Elk item is onderverdeeld in vier in moeilijkheid oplopende subitems. De SRZ heeft vier subschalen: Zelfredzaamheid (Z, 12 items), Taalgebruik...
Schaal met 31 in de dagelijkse omgang waarneembare items. In een gestructureerd vraaggesprek met ouders, verzorgers of begeleiders worden de items van de SRZ-i ingevuld. Elk item is onderverdeeld in vier in moeilijkheidsgraad oplopende subitems....
De schaal wordt als interview afgenomen bij ouder, verzorger of begeleider die het kind goed kent. De afname dient het karakter van een gesprek te hebben; er wordt doorgevraagd naar wat het kind/de jeugdige feitelijk doet, tot de items gescoord...