Observatieschaal bestaand uit twee delen: voor 1 t/m 6 jaar en één voor 6 t/m 12 jaar, met elk 51 vragen waarvan 50 op een zespuntsschaal gescoord worden (van ‘nooit' tot ‘zeer frequent'). De vragen zijn voorzien van concrete voorbeelden en...
Test bestaande uit drie onderdelen: ‘Letterpatronen’, ‘Woordrelaties’ en ‘Cijferpatronen’. Bij ‘Letterpatronen’ moeten kandidaten twee letters invoeren om een reeks kloppend te maken. Bij ‘Woordrelaties’ moeten kandidaten één woord uit vijf...
Test bestaande uit vijf schalen: Inadequatie (IN), Volharding (VO), Sociale Inadequatie (SI), Recalcitrantie (RE) en Dominantie (DO). Elke schaal bestaat uit 20 zinnen, bijvoorbeeld ‘ik ben graag alleen'. Opdracht voor het kind is om voor elke...
Vragenlijst bestaande uit 90 items, verdeeld over vijf schalen met ieder 18 items: ‘Inadequatie’, ‘Volharding’, ‘Sociale Inadequatie’, ‘Recalcitrantie’ en ‘Dominantie’. De schaal ‘Inadequatie’ bestaat uit twee subschalen met elk zeven items:...
Projectieve methode waarbij het kind de opdracht krijgt een tekening te maken van een mens. Om de betrouwbaarheid te vergroten, kan worden opgedragen drie tekeningen te maken: van een man, van en vrouw en van zichzelf. Hierbij wordt benadrukt...
Vragenlijst met 140 items en zeven schalen. Een korte beschrijving van de schalen en hun meetpretentie:- Inadequatie: emotionele (in)stabiliteit.- Sociale Inadequatie: aan-/afwezigheid van sociale angst.- Rigiditeit: nauwkeurigheid, ordelijkheid...
Vragenlijst met 140 items en zeven schalen. Het betreft de volgende schalen en hun meetpretentie:Inadequatie (IN): emotionele (in)stabiliteit.Sociale Inadequatie (SI): aan-/afwezigheid van sociale angst.Rigiditeit (RG): nauwkeurigheid,...
Vragenlijst bestaand uit drie schalen: Negativisme (NEG, 17 items), Ernstige Psychopathologie (PSY, 16 items) en Somatisering (SOM, 21 items). Van de 54 uitspraken moet cliënt aangeven in hoeverre ze van toepassing zijn door "juist", "?" of...
Test bestaande uit zeven subtests:- Verbaal-inductief: Analogieën (ANA). Subtest bestaande uit 17 items waarbij de juiste analogie gekozen moet worden uit vijf antwoordmogelijkheden.- Numeriek-inductief: Cijferreeksen (CYF). Subtest bestaande...
Test bestaande uit vier onderdelen: ‘Analogieën’ (15 items), ‘Cijferreeksen’ (12 items), ‘Diagrammen’ (13 items) en ‘Figuurreeksen’ (15 items). Bij ‘Analogieën’ moeten kandidaten twee woorden uit elk drie antwoordalternatieven kiezen zodat de...