Twee leerdoelgerichte schooltoetsen (niet gebonden aan bepaalde lees- of taalmethode) die aspecten van begrijpend lezen meten: de Begrijpend Leestest meet op woord-, zins- en tekstniveau (30 items, afname oktober en april groep 6) en de...
Drie leerdoelgerichte schooltoetsen die aspecten van begrijpend lezen meten: op woordniveau de Begrippentest (35 items, afname nov.-jan.) en de Woordenschattest (35 items, afname oktober en april) en op zins- en tekstniveau de Begrijpend...
Drie leerdoelgerichte schooltoetsen (niet gebonden aan bepaalde lees- of taalmethode) die aspecten van begrijpend lezen meten: op woordniveau de Begrippentest (36 items, afname sept. t/m nov.) en de Woordenschattest (36 items afname april en...
Test bestaande uit drie onderdelen: ‘Letterpatronen’, ‘Woordrelaties’ en ‘Cijferpatronen’. Bij ‘Letterpatronen’ moeten kandidaten twee letters invoeren om een reeks kloppend te maken. Bij ‘Woordrelaties’ moeten kandidaten één woord uit vijf...
Vragenlijst met 22 items betreffende klachten, waarbij men op een vijfpuntsschaal moet aangeven hoe men zich gedurende de afgelopen week met vandaag erbij, voelde.De subschalen zijn Stemming (14 items), Motivatie (4) en Somatische klachten (4).
Vragenlijst met 160 items die tien gedragsstijlen omvatten: PA Leidend, beïnvloedend; BC Competitief, onafhankelijk; DE Aanvallend, agressief; FG Kritisch, wantrouwend; nFnG Gereserveerd, zwijgzaam; HI Teruggetrokken, verlegen; JK Afhankelijk,...
Vragenlijst met 20 vragen betreffende vaardigheden als oriëntatie in tijd en plaats, voorwerpen benoemen, woorden herhalen, lezen, schrijven, natekenen van figuren e.d.Er is ook een verkorte versie met 12 items. De beide MMSE versies kunnen...
De test omvat vijf reeksen (A, B, C, D, en E) van 60 opgaven in totaal, die elk bestaan uit één of meer figuren. De opgaven zijn gebaseerd op verschillende figuratieve principes in de systematische samenhang der delen of figuren. Elke reeks...
Test bestaande uit zeven subtests:- Verbaal-inductief: Analogieën (ANA). Subtest bestaande uit 17 items waarbij de juiste analogie gekozen moet worden uit vijf antwoordmogelijkheden.- Numeriek-inductief: Cijferreeksen (CYF). Subtest bestaande...
Test bestaande uit vier onderdelen: ‘Analogieën’ (15 items), ‘Cijferreeksen’ (12 items), ‘Diagrammen’ (13 items) en ‘Figuurreeksen’ (15 items). Bij ‘Analogieën’ moeten kandidaten twee woorden uit elk drie antwoordalternatieven kiezen zodat de...