De WPPSI-IV-NL bestaat uit 15 subtests. Voor jongere kinderen zijn minder subtests beschikbaar dan voor oudere kinderen:leeftijdsband ‘2:6-3:11 jaar’, zeven subtests: ‘Receptieve Woordenschat’, ‘Blokpatronen’, ‘Plaatjesreeksen’, ‘Informatie’,...
Testbatterij voor het beoordelen van de ontwikkeling van jonge kinderen op vijf gebieden: Cognitie, Taal, Motoriek, Sociaal-emotionele Ontwikkeling en Adaptief Gedrag. Drie onderdelen worden door een testleider afgenomen: de Cognitieschaal, de...
Test met 13 subtests, 6 Verbaal en 7 Performaal. De opgaven bestaan o.a. uit gekleurde plaatjes, blokjes, legpuzzels, doolhoven en mondeling aangeboden opgaven. Subtest Symbolen vergelijken is nieuw, de overige subtests zijn voor ca. 60%...
Persoonlijkheidsvragenlijst, die drie afzonderlijke domeinen meet: persoonlijkheidskenmerken, interpersoonlijke waarden en persoonlijke waarden. Deze benadering maakt het voor HR-professionals en psychologen mogelijk om potentiële discrepanties...
Testserie, bestaande uit 12 subtests:1. Figuur herkennen: onvolledige tekeningen van concrete, alledaagse onderwerpen die benoemd moeten worden (60 items);2. Exclusie: vier plaatjes (abstracte figuren), waarvan er één niet bij hoort (65...
Vragenlijst gericht op de beleving van het kind van schoolse taken. Er zijn in totaal 89 items en vier schalen:- Prestatiemotivatie (P): de intrinsieke motivatie van een kind om te presteren.- Negatieve Faalangst (F-): angst om te falen waardoor...
Testbatterij bestaand uit 14 subtests. Voor de (zeer) jonge kinderen worden minder subtests gebruikt dan voor de oudere kinderen vanwege de sprong in cognitieve ontwikkeling:- leeftijd 2:6-3:11, vijf subtests: Receptieve Woordenschat,...
Schaal bestaande uit 40 items die een gedraging beschrijven. Er zijn twee versies: een versie voor kinderen en adolescenten van 3 tot 18 jaar en een versie voor volwassenen vanaf 18 jaar. Op een vierpuntsschaal moet worden aangegeven hoe vaak...
Test bestaande uit zes subtests:- Matrix Redeneren (MR): de cliënt krijgt een onvolledige matrix van figuren te zien en kiest het ontbrekende onderdeel uit vier of vijf antwoordmogelijkheden.- Substitutie (SU): de cliënt kopieert symbolen die...
Vragenlijst bestaande uit 25 positief geformuleerde stellingen. Aangegeven moet worden in welke mate de persoon het eens of oneens is met de stelling. Er zijn vier antwoordmogelijkheden: ‘helemaal oneens', ‘gedeeltelijk oneens', ‘gedeeltelijk...