Test bestaande uit twee leeskaarten (vorm A en B) met op elke leeskaart 116 pseudowoorden (d.w.z. uitspreekbare nonsenswoorden) in oplopende moeilijkheidsgraad die geordend zijn in vier kolommen met 29 woorden.Het kind moet de pseudowoorden van...
Observatieschaal met 49 beweringen die door een ouder/verzorger moeten worden aangekruist op een driepuntsschaal: ‘niet-', ‘soms-', ‘duidelijk van toepassing'. Er wordt gevraagd naar het gedrag van het kind gedurende de laatste twee maanden.De...
Evaluatieschaal bestaand uit vijf items waarbij patiënt gevraagd wordt zijn gezondheidstoestand van vandaag te beschrijven. Er zijn drie antwoordmogelijkheden : geen, matige of ernstige problemen. De Euroqol kan zelfstandig worden ingevuld.Met...
Vragenlijst met 76 items uit diverse fobieënclusters. Op een vijfpuntsschaal van ‘helemaal niet' tot ‘heel veel' kan men bij elke bewering aangeven hoe angstig men op het ogenblik daarvoor is. Er is een voorbeelditem. De vragenlijst omvat vijf...
De vragenlijst bestaat uit 52 items met de volgende schalen: Welbevinden (W), Invaliditeitsbeleven (I), Ontstemming (O), Sociale geremdheid (S). Antwoordcategorieën: juist/?/onjuist.