Toets met een afnamemoment in het midden en aan het einde van het schooljaar. Er zijn aparte toetsen voor groep 1 en groep 2. Per leerjaar wordt dezelfde toets twee keer afgenomen. De toets voor groep 1 bestaat uit 46 opgaven en de toets voor...
Test voor het meten van de taalbegripsontwikkeling van Nederlands sprekende kinderen. Het gaat hierbij om het begrijpen van zinnen, en in het bijzonder om de volgende vaardigheden:- Het interpreteren van intonatie, woordvolgorde, vervoegingen,...
Toets met een afnamemoment in het midden en aan het einde van het schooljaar. Er zijn aparte toetsen voor groep 1 en groep 2. Per leerjaar wordt dezelfde toets twee keer afgenomen. Er is een oefenboekje met acht opgaven. De toets voor groep 1...
Test voor het meten van de taalbegripsontwikkeling van Nederlands sprekende kinderen. Het gaat hierbij om het begrijpen van zinnen, en in het bijzonder om de volgende vaardigheden:- het interpreteren van intonatie, woordvolgorde, vervoegingen,...
Observatieschaal bestaande uit 225 woorden en zinnetjes, ingedeeld in 12 semantische rubrieken. De ouders krijgen de opdracht om de woorden en zinnetjes aan te kruisen die hun kind begrijpt.Het instrument is een bewerking van de woorden in de...
Beoordelingsschaal gericht op de communicatieve ontwikkeling van kinderen, bestaande uit 32 items. Het instrument is opgebouwd uit vier subschalen en één hoofdschaal:- Vitaliteit en Motoriek (4 items).- Taal-Cognitie (14 items): samengesteld uit...
De SIG-A is een voor jonge adolescenten bewerkte versie van de SIG. De vragenlijst heeft 47 items, waarbij voor elke situatie m.b.v. een vierpuntsschaal aangegeven moet worden hoe gespannen men is en vervolgens hoe frequent men door eigen...
Projectieve methode bestaand uit 160 stukjes speelgoed: objecten die men buitenshuis aantreft zoals huizen, kerk, auto's, mensen, bomen, tamme en wilde dieren etc. Het kind krijgt de opdracht om een dorp te maken. Het spel dient twee keer...
‘State’ vragenlijst met 50 items waarbij men bij elke situatie m.b.v. een vijfpuntsschaal moet aangeven hoe gespannen men is en vervolgens hoe frequent men in die situatie verkeert door eigen toedoen. De vier subschalen zijn: NEG, het uiten van...
Schaal met 33 beweringen (aangevuld met 7 filler-items), gedeeltelijk multiple-choice en gedeeltelijk te beantwoorden door een streepje te zetten op een horizontale lijn. Er bestaat een verkorte vorm met 12 items (Ormel, 1980) en een met 18...