Vragenlijst met 33 items gericht op eetgedrag met vijf antwoordalternatieven: nooit (1), zelden (2), soms (3), vaak (4) en zeer vaak (5). Een voorbeelditem is: ‘Als u iets tegenzit of verkeerd gaat, heb u dan zin om iets te eten?' De NVE bestaat...
Vragenlijst bestaande uit acht schalen, die geplot worden op twee dimensies (‘onder-boven' en ‘samen-niet samen'):- AP (18 items, verkort 14): dominant - pocherig, ‘boven'.- BC (25 items, verkort 18): ruw - agressief, ‘boven-niet-samen'.- DE (24...
Vragenlijst bestaande uit 33 items met vijf antwoordalternatieven. Drie theorieën liggen aan de vragenlijst ten grondslag: de psychosomatische theorie, de externaliteitstheorie en de theorie van lijngericht eetgedrag. Op basis van het gevonden...
Testbatterij met acht tests gericht op intellectuele capaciteiten:- Figurenreeksen: 30 reeksen van 4 figuren waarbij de kandidaat de logische voortzetting van de reeks uit vijf antwoordalternatieven kiest. Deze test meet het abstract...
Testbatterij met negen tests gericht op het meten van intellectuele capaciteiten:- Denken met Figuren: meet visueel abstractievermogen; 30 reeksen van vier figuren. Keuze uit een van vijf alternatieven die de reeks op logische wijze afmaakt.-...
Beoordelingsschaal gericht op de communicatieve ontwikkeling van kinderen, bestaande uit 32 items. Het instrument is opgebouwd uit vier subschalen en één hoofdschaal:- Vitaliteit en Motoriek (4 items).- Taal-Cognitie (14 items): samengesteld uit...
Observatieschaal met 22 vragen zoals ‘Heeft altijd huiswerk in orde' en ‘Wil altijd de baas spelen'. De leerkracht vult per leerling op 6-puntsschalen in, in hoeverre een bewering van toepassing is. De vragen omvatten vier subschalen:...
Vragenlijst met 25/21 items die verwijzen naar concreet gedrag, opvattingen en affect tussen een ouder en een kind. Op vijfpuntsschalen moet respondent aangeven in welke mate het gedrag voor komt of het item van toepassing is. M.b.v. een aparte...
Observatieschaal met 22 vragen zoals ‘heeft altijd huiswerk in orde' en ‘wil altijd de baas spelen'. De leerkracht vult per leerling in op 6-puntsschalen in hoeverre de bewering van toepassing is. De vragen omvatten vier subschalen: Egocentrisme...