Schooltoets in de vorm van een invuldictee. De leerling moet weggelaten woorden in twintig zinnen invullen. De zinnen worden voorgelezen. Werkwoordsvormen zijn niet opgenomen, deze worden getoetst met het PI-werkwoorddictee. De schooltoets is...
Evaluatieschaal bestaand uit 11 items, 6 negatief en 5 positief geformuleerd. Men moet op een vijfpuntsschaal aangeven in hoeverre elke uitspraak de laatste tijd van toepassing is. Er is één voorbeelditem. De schaal is geconstrueerd volgens...
Vragenlijst met 46 items die een situatie/omstandigheid beschrijven. Op vijfpuntsschalen vult cliënt in a. hoeveel trek in alcohol en b. hoe vaak hij drinkt in die omstandigheid. Er zijn zes subschalen: Onplezierige emoties, Zoeken naar...
Test met negen kaarten met getekende figuren of configuraties. De eerste kaart dient ter introductie. Opdracht: de gegeven figuren natekenen. Wordt o.a. gebruikt voor de screening op hersenorganiciteit.
Schaal met 18 uitspraken over gezondheid en ziekte. Cliënt moet op een zespuntsschaal invullen in welke mate hij het met de uitspraak eens is. Er zijn drie subschalen: Interne oriëntatie, Artsoriëntatie en Kansoriëntatie met ieder zes items.
Via een (vrij) interview worden observatie- en gespreksgegevens verzameld die na afloop gebruikt worden om de patiënt te beoordelen op de Hamiltonschaal. De 17 items van de beoordelingsschaal geven aan het interview een zekere richting; de items...