De toets bestaat uit 40 opdrachten voorafgegaan door een oefenitem. Het receptieve deel heeft 30 opdrachten waarbij het kind een plaatje moet aanwijzen en omvat Lichaamsdelen, Houdingen, Bewegingen, Positie in de ruimte en Richting en afstand in...
Test met twee versies, A. image vorm, concrete woorden en B. no-image vorm, abstracte woorden. Elke versie bestaat uit 15 éénlettergrepige woorden die laag-associatief zijn. Via een cassetteband worden de 15 woorden in 25 sec. aangeboden. De...
Vragenlijst met 37 items: 34 met a priori stressvol geachte gebeurtenissen en 3 met a priori positieve gebeurtenissen. De primaire opvoeder (ouder/verzorger) vult zelfstandig de VMG in en geeft aan of en wanneer de gebeurtenis is voor gekomen en...
Test met negen subtests: synoniemen, getallenreeksen, verbale analogieën, figuuranalogieën, tekens invullen, woorden invullen, figuur uitslagen, categorieën, figuur intekenen.
Twee parallelle schalen, Bf-S en Bf-S', elk met 28 bipolaire items. De items bestaan uit twee tegenstellingen waarbij cliënt aangeeft welk woord het best overeenkomt met hoe hij zich nu voelt, b.v. meer levendig/meer lusteloos. Geschikt voor...
De test omvat zeven subtests: 1. Begrip van woorden, 2. Begrip van zinnen, 3. Benoemen, 4. Opnoemen van woorden, 5. Spontaan taalgebruik, 6. Klankdiscriminatie, 7. Zinnen maken. Subtests 1 t/m 5 vormen samen de SAN-kernbatterij. Het materiaal...