Test voor het in kaart brengen van cognitieve functies en andere ontwikkelingsfuncties, bestaande uit 30 subtests gericht op zes domeinen: ‘Intelligentie’, ‘Executieve functies’, ‘Psychomotoriek’, ‘Sociaal-emotionele competenties’, ‘Schoolse...
Vragenlijst met 56 items waarmee wordt beoogd persoonlijkheidseigenschappen te meten die van belang zijn voor het werk. Het instrument bevat zeven schalen met ieder acht items: ‘Intrinsieke prestatiemotivatie (Pi)’, ‘Extrinsieke...
De OPQ meet 32 persoonlijkheidsdimensies die zijn verdeeld over drie gedragsgebieden:1. Relaties met mensen, (Overtuigend, Leidinggevend, Direct, Onafhankelijk handelend, Extravert, Gesteld op contact, Zelfverzekerd, Bescheiden, Democratisch en...
Observatieschaal bestaande uit 60 vragen die betrekking hebben op het gedrag van de persoon, bijvoorbeeld ‘vergeet tijdens dagelijkse routinebezigheden wat hij aan het doen is (eten, verzorging, tafel dekken)'. De eerste 20 items hebben...
Observatieschaal die wordt ingevuld door groepsleid(st)ers die patiënt goed kennen. Het gedrag van de laatste twee maanden moet worden ingevuld. De uitwerking van de schaal geschiedt door een psycholoog of arts. De schaal bestaat uit 50 items...
Vragenlijst met 36 items die met ‘juist', ‘?' of ‘onjuist' beantwoord moeten worden. De subschalen zijn Stemming (19 items), Motivatie (13) en Somatische klachten (4).
De test bestaat uit een formulier waarop het kind een volledige persoon moet tekenen. Uitgaande van het werk van Hammer en Machover zijn door Koppitz 30 emotionele indicatoren ontwikkeld die betrekking hebben op de kwaliteit van de tekening,...
De vragenlijst bestaat uit 89 vragen met meervoudige antwoordvorm. De jongere kiest het antwoord dat op hem/haar het meest van toepassing is. Er zijn vier subschalen: P (34 items), F- (14 items), F+ (18 items) en SW (23 items).