Test bestaande uit twee leeskaarten (vorm A en B) met op elke leeskaart 116 pseudowoorden (d.w.z. uitspreekbare nonsenswoorden) in oplopende moeilijkheidsgraad die geordend zijn in vier kolommen met 29 woorden.Het kind moet de pseudowoorden van...
Vragenlijst bestaande uit 115 items gericht op persoonlijkheidsaspecten van de leerling die van belang zijn voor het functioneren en welbevinden in de onderwijsleersituatie. Het instrument bestaat uit 7 hoofdfactoren en 15 subfactoren:1....
De schaal bestaat uit 30 series van drie uitspraken over dingen die mensen belangrijk vinden in hun leven. Van iedere triade moet de cliënt aangeven welke uitspraak voor hem het belangrijkste vertegenwoordigt en welke het minst belangrijke. De...
Vragenlijst met 33 items die met ja, ? of nee beantwoord moeten worden.