Test bestaande uit twee leeskaarten (vorm A en B) met op elke leeskaart 116 pseudowoorden (d.w.z. uitspreekbare nonsenswoorden) in oplopende moeilijkheidsgraad die geordend zijn in vier kolommen met 29 woorden.Het kind moet de pseudowoorden van...
Vragenlijst met 66 items/stellingen verdeeld over vier schalen. De eerste 36 stellingen hebben betrekking op de schalen ‘Adaptieve coping’ (20 items, waarbij de score op één item niet wordt meegenomen bij de berekening van de schaalscore) en...
Woordproductietest bestaande uit twee onderdelen. Opdracht voor de cliënt is om in één minuut zoveel mogelijk verschillende woorden uit een bepaalde semantische categorie op te noemen. Het eerste onderdeel bestaat uit het opnoemen van zoveel...
Observatieschaal met acht pijngedragingen waarvan de intensiteit of frequentie wordt beoordeeld op een driepuntsschaal. Tijdens de observatieperiode wordt de patiënt gevraagd te lopen, te staan e.d. De observatoren moeten getraind worden in de...