RD4 omvat de domeinen ‘Getallen’, ‘Meten’, ‘Verhoudingen’ en ‘Verbanden’. Het domein ‘Getallen’ bestaat uit ‘tellen’, ‘kennis van getallen en hoeveelheden’, ‘optellen/aftrekken’ en ‘vermenigvuldigen/delen’. De opgaven van RD4 zijn verdeeld over...
Schooltoets met een afnamemoment in het midden en aan het einde van het schooljaar. Het domein Rekenen-Wiskunde bestaat uit drie subdomeinen:1. Getallen en bewerkingen: getallen en getalrelaties, hoofdrekenen (optellen, aftrekken,...
Rekenvaardigheidstoetsen met een afnamemoment in het midden en een aan het einde van het schooljaar. Naast de midden- en eindtoets is er voor groep 6 ook een tussentoets beschikbaar. De tussentoets ligt qua niveau tussen de twee toetsen in. Bij...
Toets bestaande uit twee leeskaarten, A en B. Kaart A ‘de kat' bestaat uit 284 woorden, kaart B ‘de mug' bestaat uit 282 woorden. Kaart A bestaat uit meer eenvoudige woorden dan kaart B en is geschikt voor de zwakke leerling, kaart B is geschikt...
Vragenlijst/observatielijst met 26 items gericht op de sociale competentie van leerlingen in de context van school. Sociale competentie wordt gedefinieerd als het adequaat kunnen en willen handelen in sociale situaties. Kennis, vaardigheden en...
Adaptieve toets bestaande uit 50 opgaven. De opgaven worden geselecteerd uit een database van 900 opgaven. Er zijn meerkeuzevragen en open vragen. De volgende domeinen worden gemeten:- Basisvaardigheden (tellen, optellen, aftrekken,...
Test met 12 items die een positieve of negatieve gebeurtenis aan de orde stellen waarbij gevraagd wordt op een zevenpuntsschaal de voornaamste oorzaak ervan te beschrijven: "ligt geheel bij anderen of omstandigheden" tot "ligt geheel bij...
Vragenlijst met 36 items verdeeld over zes subschalen:1. Schoolvaardigheden, 2. Sociale Acceptatie, 3. Sportieve Vaardigheden, 4. Fysieke Verschijning, 5. Gedragshouding en 6. Gevoel van Eigenwaarde. Het kind moet bij elk item uit twee...
Observatieschaal met acht pijngedragingen waarvan de intensiteit of frequentie wordt beoordeeld op een driepuntsschaal. Tijdens de observatieperiode wordt de patiënt gevraagd te lopen, te staan e.d. De observatoren moeten getraind worden in de...
De schaal bestaat uit 24 multiple-choice items die naar vier sociale situaties verwijzen, t.w. A. sociale interactiesituaties waarin men opvalt; B. beoordelingssituaties; C. nieuwe en onverwachte situaties en D. gezelligheids- en informele...