Vragenlijst met 48 vragen (12 items per subschaal). Het instrument heeft de volgende vier subschalen:Eenzaamheid in de relatie met de ouders (EO).Eenzaamheid in de relaties met leeftijdsgenoten (EL).Aversie tegenover alleen zijn (AN).Affiniteit...
Cognitieve capaciteiten test die verbale, numerieke en ruimtelijke subtests bevat en uit items bestaat die gebaseerd zijn op in Nederland gangbare intelligentietests. Voor elk van de jaargroepen zijn er vijf subtests met gelijke inhoud maar...
Test met verbale, numerieke en ruimtelijke subtests en items die gebaseerd zijn op in Nederland gangbare intelligentietests. Voor elk van de drie jaargroepen 4, 6 en 8 zijn er vijf subtests met gelijke inhoud maar opklimmende moeilijkheidsgraad:...
De BNT heeft 12 subtests met max. 30 items (behalve S&N) en is samengesteld uit schoolse, intellectuele en praktische taken. De test bestaat uit de meer verbale subtests Woorden, Lezen, Zinnen en Overeenkomsten, de meer exacte subtests...
Begeleidingsinstrument met 120 items; op vijfpuntsschalen wordt aangegeven in hoeverre men zichzelf herkent in de uitspraken. Er zijn drie onderdelen: Studieactiviteiten (55 items), Studiemotivatie (25 items) en Studieopvattingen (40 items).De...
De test bestaat uit vier subtests voor objectperceptie (1. Onvolledige letters, 2. Silhouetten, 3. Objectherkenning, 4. Progressieve silhouetten) voorafgegaan door een vormdiscriminatie-screeningtest en vier subtests voor ruimteperceptie (5....
De N.T.S. bestaat uit twee onderdelen: Zinnen en Woorden.Zinnen bestaat uit vijf dictees van elk tien zinnen. De in moeilijkheidsgraad oplopende dictees zijn niet aan een bepaalde taal- of spellingmethode gebonden. In de hogere groepen ligt het...
Begeleidingsinstrument met 41 vragen die met ja of nee beantwoord moeten worden. Acht clusters van vragen betreffen het werk, twee clusters betreffen de gezondheid (1 tot 6 items per cluster). Er kunnen modules met bedrijfsspecifieke vragen...
Observatieschaal met acht pijngedragingen waarvan de intensiteit of frequentie wordt beoordeeld op een driepuntsschaal. Tijdens de observatieperiode wordt de patiënt gevraagd te lopen, te staan e.d. De observatoren moeten getraind worden in de...
De schaal omvat vier subschalen met elk 12 items: EO, eenzaamheid in de relatie met ouders; EL, eenzaamheid in de relatie met leeftijdgenoten; AN, aversie tegen of negatief beleefd alleen-zijn; AP, affiniteit voor of positief beleefd...