Schaal met 31 in de dagelijkse omgang waarneembare items. Invulling door de dagelijkse begeleiders. Elk item is onderverdeeld in vier in moeilijkheid oplopende subitems. De SRZ heeft vier subschalen: Zelfredzaamheid (Z, 12 items), Taalgebruik...
Schaal met 31 in de dagelijkse omgang waarneembare items. In een gestructureerd vraaggesprek met ouders, verzorgers of begeleiders worden de items van de SRZ-i ingevuld. Elk item is onderverdeeld in vier in moeilijkheidsgraad oplopende subitems....
De schaal wordt als interview afgenomen bij ouder, verzorger of begeleider die het kind goed kent. De afname dient het karakter van een gesprek te hebben; er wordt doorgevraagd naar wat het kind/de jeugdige feitelijk doet, tot de items gescoord...
De schooltoets meet acht vaardigheden die leerlingen zouden moeten beheersen om goed te kunnen presteren. Deze vaardigheden zijn Waarnemingen verrichten, Kiezen en ordenen van informatie, Meningsvorming, Samenwerken, Samenvatten en conclusies...
Begeleidingsinstrument bestaand uit 18 vierkeuze-items waarbij cliënt de alternatieven moet rangordenen van ‘meest van toepassing' tot ‘minst van toepassing'. De alternatieven geven de voorkeuren weer voor vier verschillende typerende vormen van...
Screeningsinstrument met twee versies: de CST14, die 14 vragen bevat betreffende eenvoudige feitenkennis die is opgedaan in het verleden, en de CST20, met 20 vragen (zes iets moeilijker vragen zijn toegevoegd). Het instrument dient om t.b.v. de...
Deze schaal is een uitbreiding naar boven van de SRZ en bevat 63 items, verdeeld over drie subschalen: Zelfredzaamheid I (15 items), Zelfredzaamheid II (15 items) en Verbaal-Numeriek (17 items) en 16 restitems (R).De SRZ-P dient ingevuld te...
Schaal met 18 uitspraken over gezondheid en ziekte. Cliënt moet op een zespuntsschaal invullen in welke mate hij het met de uitspraak eens is. Er zijn drie subschalen: Interne oriëntatie, Artsoriëntatie en Kansoriëntatie met ieder zes items.
De test bestaat uit zes subtests die in een vaste volgorde worden afgenomen. 1. Visueel geheugen, conditie 1, 2 en 3; 2. Oriëntatie; 3. Meander; 4. Fluency; 5. Natekenen; 6. Acht-Woorden Test. Voorafgaand aan de testafname worden biografische en...
Gedurende een zeer korte tijd (1/4 sec.) wordt op een projectiescherm een diabeeld aangeboden. Men moet vaststellen welke objecten zijn waargenomen. Op het antwoordformulier moet men een kruisje zetten bij ieder waargenomen object. Zes objecten...