De test bestaat uit 246 items, opgedeeld in 34 dimensies/schalen (7 items per dimensie, 7 items die sociaal wenselijke antwoorden meten en 1 ‘dummy' item), waarvan 13 dimensies aansluiten bij het Five Factor Model (FFM) (Openheid,...
De OP5 meet 5 dimensies, ook wel (hoofd)factoren genoemd en 30 persoonlijkheidstrekken (subschalen) met tegengestelde polen. Het aantal items per schaal varieert tussen 8 en 12. Het gaat om de dimensies:- Extraversie met subschalen: Risico nemen...
Vragenlijst bestaande uit twee versies: één voor leerlingen van groep 6, 7 en 8 van het basisonderwijs en één voor leerlingen uit klas 1, 2 en 3 van het voorgezet onderwijs, beide bestaande uit 160 items. De twee versies bestaan beide uit twee...
Begeleidingsinstrument met 160 items gericht op drie globale houdingen van leerlingen ten opzichte van school en zichzelf. De SAQI bestaat uit 10 basisschalen met elk 16 items en 4 samengestelde schalen:- Motivatie (MOT): de attitudes jegens het...
Vragenlijst met 240 juist/onjuist items en bestaat uit zeven hoofdschalen en 25 subschalen. De hoofdschalen zijn onderverdeeld in:A. vier Temperamentschalen: Prikkelzoekend, PZ (40 items), Leedvermijdend, LV (35 items), Sociaalgericht, SG (24...
De vragenlijst is de verkorte versie van de TCI, 1999 (24.30) en bestaat uit 105 items die de zeven hoofdschalen van de TCI omvatten. Elke schaal heeft 15 vragen. Er zijn vier Temperamentschalen: Prikkelzoekend, Leedvermijdend, Sociaalgericht,...
Evaluatieschaal bestaand uit 11 items, 6 negatief en 5 positief geformuleerd. Men moet op een vijfpuntsschaal aangeven in hoeverre elke uitspraak de laatste tijd van toepassing is. Er is één voorbeelditem. De schaal is geconstrueerd volgens...
De SIG-A is een voor jonge adolescenten bewerkte versie van de SIG. De vragenlijst heeft 47 items, waarbij voor elke situatie m.b.v. een vierpuntsschaal aangegeven moet worden hoe gespannen men is en vervolgens hoe frequent men door eigen...
‘State’ vragenlijst met 50 items waarbij men bij elke situatie m.b.v. een vijfpuntsschaal moet aangeven hoe gespannen men is en vervolgens hoe frequent men in die situatie verkeert door eigen toedoen. De vier subschalen zijn: NEG, het uiten van...
Observatieschaal met acht pijngedragingen waarvan de intensiteit of frequentie wordt beoordeeld op een driepuntsschaal. Tijdens de observatieperiode wordt de patiënt gevraagd te lopen, te staan e.d. De observatoren moeten getraind worden in de...