Adaptieve vragenlijst met in totaal 277 items. De kandidaat krijgt items aangeboden tot er 10 items correct zijn ingevuld, binnen een tijdslimiet van 30 minuten. Alle items zijn cijfergroepen, waarbij het antwoord kan worden gegeven door het...
Observatieschaal bestaande uit 263 woorden en 11 zinnen gericht op de taalontwikkeling van het jonge kind. Ouders krijgen één tot twee weken de tijd om de lijst thuis in te vullen en te observeren welke woorden en zinnen hun kind actief en...
De toets bestaat uit 45 opdrachten voorafgegaan door een oefenitem. Het receptieve deel heeft 35 opdrachten waarbij het kind een plaatje moet aanwijzen en omvat Passieve Woordenschat, Definitievaardigheid (raadsels) en Kritisch luisteren. Het...
Taal voor Kleuters bestaat uit twee schooltoetsen: een platenboek voor de jongste kleuters met 48 opdrachten en een platenboek voor de oudste kleuters met 56 opdrachten. Bij elke opdracht moet het goede plaatje worden aangestreept. Beide...
De toets bestaat uit 40 opdrachten voorafgegaan door een oefenitem. Het receptieve deel heeft 30 opdrachten waarbij het kind een plaatje moet aanwijzen en omvat Lichaamsdelen, Houdingen, Bewegingen, Positie in de ruimte en Richting en afstand in...
Begeleidingsinstrument met 20 vragen die op vijfpuntsschalen (van ‘nooit' tot ‘altijd') beantwoord moeten worden.De lijst kan worden afgenomen en geïnterpreteerd door studie-adviseurs en studentenpsy-chologen, maar ook door de student zelf.
De observatieschaal ZAS heeft zes subschalen (totaal 40 items) waarin de geboden zorg op zes gebieden moet worden aangegeven (‘patiënt voert taak zelfstandig uit' tot ‘wordt geheel door begeleiderovergenomen') en 1 subschaal waarin de...
Vragenlijst met 24 items van vier woorden. De werknemer moet aangeven welk woord hem in de werksituatie het best (B) en het minst (M) beschrijft. De vragenlijst is gebaseerd op het model van W.M. Marston, 1928 dat de eigenschappen Dominantie,...
Gedurende een zeer korte tijd (1/4 sec.) wordt op een projectiescherm een diabeeld aangeboden. Men moet vaststellen welke objecten zijn waargenomen. Op het antwoordformulier moet men een kruisje zetten bij ieder waargenomen object. Zes objecten...