Vragenlijst met 48 vragen (12 items per subschaal). Het instrument heeft de volgende vier subschalen:Eenzaamheid in de relatie met de ouders (EO).Eenzaamheid in de relaties met leeftijdsgenoten (EL).Aversie tegenover alleen zijn (AN).Affiniteit...
Adaptieve cognitieve vaardighedentest met drie subtests: Figurenreeksen, Matrices en Cijferreeksen. Omdat het een per computer af te nemen adaptieve test (CAT) betreft, krijgt elke kandidaat minimaal 10 en maximaal 15 items uit elke subtest...
De COVAAR II is een cognitieve vaardighedentest opgebouwd uit drie subtests met elk acht items:- Verbale Analogieën.- Figuratieve Reeksen.- Analogieën met symbolen.De items van de drie subtests staan door elkaar heen. Voorafgaand aan de test...
Drie leerdoelgerichte schooltoetsen die aspecten van begrijpend lezen meten: op woordniveau de Begrippentest (35 items, afname nov.-jan.) en de Woordenschattest (35 items, afname oktober en april) en op zins- en tekstniveau de Begrijpend...
Drie leerdoelgerichte schooltoetsen (niet gebonden aan bepaalde lees- of taalmethode) die aspecten van begrijpend lezen meten: op woordniveau de Begrippentest (36 items, afname sept. t/m nov.) en de Woordenschattest (36 items afname april en...
Twee leerdoelgerichte schooltoetsen (niet gebonden aan bepaalde lees- of taalmethode) die aspecten van begrijpend lezen meten: de Begrijpend Leestest meet op woord-, zins- en tekstniveau (30 items, afname oktober en april groep 6) en de...
De test bestaat uit 225 paren van uitspraken in de ik-vorm. Cliënt moet steeds aangeven welke van de twee beweringen het meest op hem van toepassing is. De test omvat 16 variabelen ontleend aan het need-systeem van H.A. Murray:...
Vragenlijst met 64 items die op zevenpuntsschalen van ‘zeer slecht van toepassing' tot ‘zeer goed van toepassing' beantwoord moeten worden. De items omvatten vier factoren: Manipuleren (21 items), Recht door Zee (12 items), Assertiviteit (13...
Observatieschaal met acht pijngedragingen waarvan de intensiteit of frequentie wordt beoordeeld op een driepuntsschaal. Tijdens de observatieperiode wordt de patiënt gevraagd te lopen, te staan e.d. De observatoren moeten getraind worden in de...
De schaal omvat vier subschalen met elk 12 items: EO, eenzaamheid in de relatie met ouders; EL, eenzaamheid in de relatie met leeftijdgenoten; AN, aversie tegen of negatief beleefd alleen-zijn; AP, affiniteit voor of positief beleefd...