Vragenlijst met 23 uitspraken, waarmee wordt beoogd de kwaliteit van het gezinsfunctioneren te meten. De vragenlijst heeft twee schalen, te weten ‘Waardering’ en ‘Samenwerking’. De schaal ‘Waardering’ heeft betrekking op het affectief klimaat...
Vragenlijst die deel uitmaakt van de set Vragenlijsten Gezin en Opvoeding, dit zijn vier vragenlijsten die diverse aspecten van de opvoedingsomgeving in beeld brengen. De VGFO bevat 28 vragen waarmee vijf aspecten van het gezinsfunctioneren...
Adaptieve cognitieve vaardighedentest met drie subtests: Figurenreeksen, Matrices en Cijferreeksen. Omdat het een per computer af te nemen adaptieve test (CAT) betreft, krijgt elke kandidaat minimaal 10 en maximaal 15 items uit elke subtest...
Vragenlijst met 42 vragen die zijn opgedeeld in 3 factoren, te weten Time management (TM; 7 items, bijv. ‘Ik heb genoeg vrije tijd’), Coping (CO; 19 items, bijv. ‘Ik heb zelfvertrouwen’) en Gezondheid (GEZ; 16 items, bijv. ‘Ik voel me fit’). De...
De COVAAR II is een cognitieve vaardighedentest opgebouwd uit drie subtests met elk acht items:- Verbale Analogieën.- Figuratieve Reeksen.- Analogieën met symbolen.De items van de drie subtests staan door elkaar heen. Voorafgaand aan de test...
Test bestaand uit drie kaarten en een antwoordformulier.Kaart I: 10 rijen met de namen van de kleuren rood, groen, geel en blauw (zwart gedrukt).Kaart II: 10 rijen met rechthoekjes in deze kleuren.Kaart III: 10 rijen met kleurnamen in kleur...
Twee schooltoetsen die niet gebonden zijn aan een bepaalde lees- of taalmethode. Bij de Letterclustertest met 27 items moet de leerling uit vier alternatieven de juiste lettercombinatie kiezen. Gedeeltelijk oplopende moeilijkheidsgraad. Bij de...
Vragenlijst met 115 items die betrekking hebben op verschillende sociale rollen zoals zelfverzorging, burgerrol, gezinsrol, familierol, partnerrol, ouderrol, sociale rol, beroepsrol. Er zijn 10 stroomdiagramvragen aan de hand waarvan de...
Observatieschaal met acht pijngedragingen waarvan de intensiteit of frequentie wordt beoordeeld op een driepuntsschaal. Tijdens de observatieperiode wordt de patiënt gevraagd te lopen, te staan e.d. De observatoren moeten getraind worden in de...
De test omvat zeven subtests: 1. Begrip van woorden, 2. Begrip van zinnen, 3. Benoemen, 4. Opnoemen van woorden, 5. Spontaan taalgebruik, 6. Klankdiscriminatie, 7. Zinnen maken. Subtests 1 t/m 5 vormen samen de SAN-kernbatterij. Het materiaal...