De Schoolvaardigheidstoets Rekenen-Wiskunde (SVT-RW) bestaat uit een toetsboekje, met daarin zes blokken voor de afzonderlijke jaargroepen. Elk blok bestaat uit negen tot elf opgaven, maar het aantal subopgaven verschilt. In totaal zijn er 59...
Beoordelingsschaal gericht op het bepalen van de ontwikkeling van spraakverstaanbaarheid van kinderen in de leeftijd van 2½ jaar tot 4½ jaar met drie subtests:- Woorden: er worden plaatjes getoond en het doelwoord wordt voorgezegd. Het kind...
Zelfrapportagevragenlijst met 53 items gericht op symptomen van psychopathologie. Het instrument omvat 9 dimensies die overlappen met psychiatrische syndromen:Somatische klachten (7 items).Cognitieve problemen (6 items)Interpersoonlijke...
Semi-gestandaardiseerd interview bestaande uit 67 items. Er zijn 40 zelfrapportagevragen, 25 observatie-items die na afloop van het gesprek worden gescoord en twee items voor globale beoordeling van ernst en betrouwbaarheid. De items worden...
Vragenlijst met 53 items gericht op symptomen van psychopathologie. Het instrument omvat 9 dimensies die overlappen met psychiatrische syndromen:Somatische klachten (7 items).Cognitieve problemen (6 items)Interpersoonlijke gevoeligheid (4...
De test bestaat uit een blad met 33 regels van elk 24 figuren met 3, 4 of 5 stippen. De 4-stip figuren zijn voor 50% vierkant en voor 50% ruitvormig. Men moet zo snel mogelijk, ononderbroken, alle 4-stip figuren doorstrepen. Er zijn twee oefenregels.
Observatieschaal met acht pijngedragingen waarvan de intensiteit of frequentie wordt beoordeeld op een driepuntsschaal. Tijdens de observatieperiode wordt de patiënt gevraagd te lopen, te staan e.d. De observatoren moeten getraind worden in de...
De vragenlijst (gebaseerd op de theorie van Minuchin) t.b.v. gezinstherapie bevat 73 items met zes antwoordalternatieven. Er wordt gevraagd naar de beleving van de gezinsinteractie. De drie schalen Conflict, Cohesie en Desorganisatie zijn elk op...
De test heeft verschillende vormen voor kleuters, schoolkinderen en volwassenen. De testopgaven bestaan uit één normfiguur en vier tot acht varianten hiervan, waarvan er één identiek is aan de normfiguur. Men moet de identieke figuur kiezen.