Schooltoets met een afnamemoment in het midden en aan het einde van het schooljaar. Voor groep 3 vindt afname van de toets plaats aan het einde van het schooljaar, voor groep 4 zowel in het midden als aan het einde van het schooljaar en voor...
Schooltoets met een afnamemoment aan het begin en in het midden van het schooljaar. Voor groep 7 vindt afname van de toets plaats in het midden van het schooljaar, voor groep 8 is dit zowel aan het begin als in het midden van het schooljaar....
Leesvaardigheidtoets met een afnamemoment aan het begin en in het midden van het schooljaar. Voor groep 7 vindt afname van de toets plaats in het midden van het schooljaar, voor groep 8 is dit zowel aan het begin als in het midden van het...
Methode bestaande uit twee parallelvormen A en B, elk met 45 opgaven. De opgaven zijn in groepen van 5 verdeeld over negen schalen:1. Vergelijken: het vergelijken van objecten op kwalitatieve en kwantitatieve kenmerken.2. Hoeveelheden koppelen:...
Toets bestaande uit twee parallelvormen, elk bestaande uit 100 woorden. De leerling heeft anderhalve minuut de tijd om woorden hardop zo snel en nauwkeurig mogelijk te lezen. De woorden lopen op in moeilijkheidsgraad van eenlettergrepige woorden...
De schooltoets bestaat uit een leerlingboekje met 12 verschillende opdrachten (waarvan vijf met een werkblad) zoals nazeggen, aanwijzen, vangen, klappen, rijmen enz. De leerkracht observeert de reacties en noteert deze in het Leerlingboekje en...
Deze toets maakt deel uit van het DLE Leerlingvolgsysteem en vervangt de Tempo Test Rekenen, (De Vos, 1992). Hij bestaat uit 200 in moeilijkheidsgraad oplopende sommen: optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen tot 100. Hierbij zijn...
Observatieschaal met acht pijngedragingen waarvan de intensiteit of frequentie wordt beoordeeld op een driepuntsschaal. Tijdens de observatieperiode wordt de patiënt gevraagd te lopen, te staan e.d. De observatoren moeten getraind worden in de...
De vragenlijst bestaat uit tien schalen van elk zes items die de volgende stemmingen representeren: Depressief, Uitgelaten, Schuw, Humeurig, Boos, Moe, Gewetensvol, Onverschillig, Arrogant, Angstig. Bij vorm A beoordeelt men zijn...
Schaal met 24 items die vragen naar leefgewoonten. Uit de drie tot vijf antwoordmogelijkheden moet er één aangekruist worden die het meest van toepassing is.