Schooltoets bestaand uit vijf onderdelen met een oplopende moeilijkheidsgraad:1. Spelling: toets bestaande uit 24 dicteewoorden en 23 vierkeuzevragen, waarvan 4 opgaven met onveranderlijke woorden, 2 opgaven met standaard uitdrukkingen, 6...
Schooltoets bestaand uit vijf onderdelen met een oplopende moeilijkheidsgraad:1. Spelling: dictee bestaande uit 45 woorden.2. Begrijpend lezen: 10 teksten met 44 meerkeuze items.3. Rekenen: rekentoets met 73 opgaven.4. Woordenschat: 36 woorden...
Methode bestaande uit twee parallelvormen A en B, elk met 45 opgaven. De opgaven zijn in groepen van 5 verdeeld over negen schalen:1. Vergelijken: het vergelijken van objecten op kwalitatieve en kwantitatieve kenmerken.2. Hoeveelheden koppelen:...
De SBL-s is de selectieversie van de SBL, zie 33.7.De SBL-s heeft 52 items, en wordt gepresenteerd als interessevragenlijst. De respondent moet het antwoord aankruisen op een zevenpuntsschaal, van ‘volstrekt mee oneens' tot ‘volstrekt mee eens'....
De schooltoets bestaat uit een leerlingboekje met 12 verschillende opdrachten (waarvan vijf met een werkblad) zoals nazeggen, aanwijzen, vangen, klappen, rijmen enz. De leerkracht observeert de reacties en noteert deze in het Leerlingboekje en...
Vragenlijst met 46 items die een situatie/omstandigheid beschrijven. Op vijfpuntsschalen vult cliënt in a. hoeveel trek in alcohol en b. hoe vaak hij drinkt in die omstandigheid. Er zijn zes subschalen: Onplezierige emoties, Zoeken naar...
Test met 13 subtests met oplopende moeilijkheidsgraad. Zeven subtests doen een beroep op simultane, zes subtests op sequentiële verwerking van stimuli:Simultane Schaal: MS, Magische schijf (15 items); GH, Gezichtsherkenning (15 items); GW,...
Vragenlijst met 68 items, gepresenteerd als interessevragenlijst. Respondent moet antwoord aankruisen op een vijfpuntsschaal, van ‘helemaal mee eens' tot ‘helemaal mee oneens'. Vier subschalen: TAS (thrill and adventure seeking, 12 items), ES...
Observatieschaal met acht pijngedragingen waarvan de intensiteit of frequentie wordt beoordeeld op een driepuntsschaal. Tijdens de observatieperiode wordt de patiënt gevraagd te lopen, te staan e.d. De observatoren moeten getraind worden in de...
De observatieschaal bestaat uit 120 zevenpuntsschalen waarop de beoordelaar steeds een gedragsaspect van de jeugdige moet scoren. De schalen vormen samen 10 min of meer geïntercorreleerde gedragspatronen (gebaseerd op voorlopige patronen van...