RD4 omvat de domeinen ‘Getallen’, ‘Meten’, ‘Verhoudingen’ en ‘Verbanden’. Het domein ‘Getallen’ bestaat uit ‘tellen’, ‘kennis van getallen en hoeveelheden’, ‘optellen/aftrekken’ en ‘vermenigvuldigen/delen’. De opgaven van RD4 zijn verdeeld over...
Schooltoets met een afnamemoment in het midden en aan het einde van het schooljaar. Het domein Rekenen-Wiskunde bestaat uit drie subdomeinen:1. Getallen en bewerkingen: getallen en getalrelaties, hoofdrekenen (optellen, aftrekken,...
Rekenvaardigheidstoetsen met een afnamemoment in het midden en een aan het einde van het schooljaar. Naast de midden- en eindtoets is er voor groep 6 ook een tussentoets beschikbaar. De tussentoets ligt qua niveau tussen de twee toetsen in. Bij...
Methode bestaande uit twee oefenitems en zes scenario's. Een scenario is een alledaagse communicatieve setting, bestaande uit drie opeenvolgende situaties (items). Elk item bestaat uit een tekening van de situatie en een tekst die auditief wordt...
Adaptieve toets bestaande uit 50 opgaven. De opgaven worden geselecteerd uit een database van 900 opgaven. Er zijn meerkeuzevragen en open vragen. De volgende domeinen worden gemeten:- Basisvaardigheden (tellen, optellen, aftrekken,...
Vragenlijst met 240 juist/onjuist items en bestaat uit zeven hoofdschalen en 25 subschalen. De hoofdschalen zijn onderverdeeld in:A. vier Temperamentschalen: Prikkelzoekend, PZ (40 items), Leedvermijdend, LV (35 items), Sociaalgericht, SG (24...
De vragenlijst is de verkorte versie van de TCI, 1999 (24.30) en bestaat uit 105 items die de zeven hoofdschalen van de TCI omvatten. Elke schaal heeft 15 vragen. Er zijn vier Temperamentschalen: Prikkelzoekend, Leedvermijdend, Sociaalgericht,...
Vragenlijst met 78 items die vier subschalen omvatten: Studiewaardering, Zelfvertrouwen, Faalangst, Studievermijding/inzet. De items worden beantwoord op vijfpuntsschalen van ‘(bijna) nooit' tot ‘(bijna) altijd'. Er is ook een p.c.-versie.De...
De test bestaat uit een blad met 33 regels van elk 24 figuren met 3, 4 of 5 stippen. De 4-stip figuren zijn voor 50% vierkant en voor 50% ruitvormig. Men moet zo snel mogelijk, ononderbroken, alle 4-stip figuren doorstrepen. Er zijn twee oefenregels.
Observatieschaal met acht pijngedragingen waarvan de intensiteit of frequentie wordt beoordeeld op een driepuntsschaal. Tijdens de observatieperiode wordt de patiënt gevraagd te lopen, te staan e.d. De observatoren moeten getraind worden in de...