Test bestaande uit drie onderdelen: ‘Letterpatronen’, ‘Woordrelaties’ en ‘Cijferpatronen’. Bij ‘Letterpatronen’ moeten kandidaten twee letters invoeren om een reeks kloppend te maken. Bij ‘Woordrelaties’ moeten kandidaten één woord uit vijf...
Test bestaande uit vier onderdelen: ‘Analogieën’ (13 items), ‘Cijferreeksen’ (13 items), ‘Diagrammen’ (15 items) en ‘Figuurreeksen’ (12 items). Bij ‘Analogieën’ moeten kandidaten twee woorden uit elk drie antwoordalternatieven kiezen zodat de...
Test bestaande uit vier onderdelen: ‘Analogieën’ (15 items), ‘Cijferreeksen’ (12 items), ‘Diagrammen’ (13 items) en ‘Figuurreeksen’ (15 items). Bij ‘Analogieën’ moeten kandidaten twee woorden uit elk drie antwoordalternatieven kiezen zodat de...
Capaciteitentest met twee versies, een volledige en een verkorte versie. De volledige versie bestaat uit zes subtests met in totaal 97 items. Deze zes subtests zijn verdeeld over drie inhoudsgebieden:- Cijfermatige Capaciteiten (CCAP), met de...
Vragenlijst met 48 vragen (12 items per subschaal). Het instrument heeft de volgende vier subschalen:Eenzaamheid in de relatie met de ouders (EO).Eenzaamheid in de relaties met leeftijdsgenoten (EL).Aversie tegenover alleen zijn (AN).Affiniteit...
Capaciteitentest met 28 items. Elk item bevat een patroon van schematische puzzels die steeds in twee opzichten tegelijk wijzigen. In elke puzzel ontbreekt een deel, de respondent dient uit de geboden opties het ontbrekende deel te kiezen. De...
Test bestaande uit zeven subtests:- Verbaal-inductief: Analogieën (ANA). Subtest bestaande uit 17 items waarbij de juiste analogie gekozen moet worden uit vijf antwoordmogelijkheden.- Numeriek-inductief: Cijferreeksen (CYF). Subtest bestaande...
De UCL-A is een voor jonge adolescenten bewerkte versie van de UCL. Van 17 items werd de UCL-formulering gewijzigd en bij veel andere werden kleine aanpassingen aangebracht. De vragenlijst heeft 47 items die zeven subschalen omvatten:...
Observatieschaal met acht pijngedragingen waarvan de intensiteit of frequentie wordt beoordeeld op een driepuntsschaal. Tijdens de observatieperiode wordt de patiënt gevraagd te lopen, te staan e.d. De observatoren moeten getraind worden in de...
De schaal omvat vier subschalen met elk 12 items: EO, eenzaamheid in de relatie met ouders; EL, eenzaamheid in de relatie met leeftijdgenoten; AN, aversie tegen of negatief beleefd alleen-zijn; AP, affiniteit voor of positief beleefd...