De toetsen ‘Rekenen-Basisbewerkingen voor groep 3 tot en met 8’ is een reeks van 11 toetsen (één toets voor leerjaar 3 en twee toetsen voor elk volgend leerjaar) die ontwikkeld is om te na te gaan in hoeverre de leerling de basisbewerkingen van...
Neuropsychologische testbatterij die bestaat uit twaalf subtests, te weten:Subtest 1 - Tellen (5 items), het kind moet verschillende zwarte stippen hardop tellen en deze tegelijkertijd met een vinger aanwijzen.Subtest 2 - Achteruit tellen (2...
Vragenlijst bestaande uit 45 items met 5 antwoordmogelijkheden: ‘nooit', ‘zelden', ‘soms', ‘regelmatig' en ‘bijna altijd'. De items hebben betrekking op 3 schalen: symptomatische distress (intrapsychisch functioneren; 25 items), het...
Vragenlijst met 30 items gericht op persoonlijkheidskenmerken die gerelateerd zijn aan een succesvolle deelname aan het (speciaal) voortgezet onderwijs. De vragenlijst wordt ingevuld door de leerkracht. De CBtVO heeft drie schalen:-...
Niet methodegebonden toets met opklimmende moeilijkheidsgraad. De BRT bestaat uit een Instaptoets die het hoofdrekenen tot 100 meet (50 items), een Hoofdrekengedeelte tot 100 (50 items) met optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen, en een...
De test, die wordt gepresenteerd als een geheugen- en concentratietest, bestaat uit 30 opgaven: een pagina met vijf stimuluswoorden, een pagina met een optel- of aftreksom en een pagina met vijf responswoorden. De eerste vijf woorden moeten...
Beoordelingsschaal met 12 items betreffende de aan- of afwezigheid van gemiddeld-normaal gedrag (contact leggen, actief taalgebruik) of ongewoon c.q. gestoord gedrag (stereotypie-en, automutilatie enz.).
Vragenlijst met 24 items van vier woorden. De werknemer moet aangeven welk woord hem in de werksituatie het best (B) en het minst (M) beschrijft. De vragenlijst is gebaseerd op het model van W.M. Marston, 1928 dat de eigenschappen Dominantie,...
Vragenlijst met 20 items bestaand uit drie of vier pijnbeschrijvende adjectieven geordend naar oplopende intensiteit, b.v. kloppend, bonzend, barstend. Cliënt moet aankruisen welk woord op dit moment het best zijn pijn beschrijft. Niet elk item...