Methode bestaande uit vier spelsituaties:1. Spel met wereldmateriaal (WM): dit onderdeel bestaat uit twee speelscènes, waarbij het kind met het wereldmateriaal speelt. Het materiaal bestaat zowel uit concreet materiaal, zoals huisjes en auto's,...
Vragenlijst bestaande uit 45 items met 5 antwoordmogelijkheden: ‘nooit', ‘zelden', ‘soms', ‘regelmatig' en ‘bijna altijd'. De items hebben betrekking op 3 schalen: symptomatische distress (intrapsychisch functioneren; 25 items), het...
Vragenlijst met 30 items gericht op persoonlijkheidskenmerken die gerelateerd zijn aan een succesvolle deelname aan het (speciaal) voortgezet onderwijs. De vragenlijst wordt ingevuld door de leerkracht. De CBtVO heeft drie schalen:-...
Niet methodegebonden toets met opklimmende moeilijkheidsgraad. De BRT bestaat uit een Instaptoets die het hoofdrekenen tot 100 meet (50 items), een Hoofdrekengedeelte tot 100 (50 items) met optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen, en een...
Projectieve methode bestaand uit 160 stukjes speelgoed: objecten die men buitenshuis aantreft zoals huizen, kerk, auto's, mensen, bomen, tamme en wilde dieren etc. Het kind krijgt de opdracht om een dorp te maken. Het spel dient twee keer...
Observatieschaal met acht pijngedragingen waarvan de intensiteit of frequentie wordt beoordeeld op een driepuntsschaal. Tijdens de observatieperiode wordt de patiënt gevraagd te lopen, te staan e.d. De observatoren moeten getraind worden in de...
Drie taakgerichte schooltoetsen, Hoofdgedachtetest, Bedoelingtest en Redeneertest, waarbij door het combineren van gegevens informatie uit een tekst moet worden afgeleid en twee cloze toetsen, de Invultest en de Zoektest, waarbij door het...
Twee begeleidingsinstrumenten; LAS 1 bevat 14 leesattitude items die verstopt zijn tussen 50 afleiders. De vragen worden met ja of nee beantwoord. LAS 2 heeft 18 meerkeuzevragen. Elke schaal heeft een eigen vragenboekje en aparte...
Deze methode bestaat uit twee gedeelten. Het eerste deel omvat het genereren van (meest 20 of meer) waardengebieden aan de hand van een standaard set vragen. Intensieve interactie is vereist tussen testleider en cliënt. In het tweede gedeelte...
De test is in drie vormen beschikbaar: Vorm A, de kaartjesvorm met 550 items op kaartjes gedrukt die gesorteerd moeten worden in hoeverre ze van toepassing zijn in ‘juist', ‘onjuist' en ‘ik weet het niet'. Vorm B, de volledige boekjesvorm met...