Test bestaande uit twee delen, de subtest FoneemWeglating (FW) en de subtest FoneemVerwisseling (FV), met elk 12 items. De items van FW bestaan uit een woord dat het kind moet uitspreken waarbij een gedeelte van het woord weggelaten moet worden....
Vragenlijst bestaande uit 45 items met 5 antwoordmogelijkheden: ‘nooit', ‘zelden', ‘soms', ‘regelmatig' en ‘bijna altijd'. De items hebben betrekking op 3 schalen: symptomatische distress (intrapsychisch functioneren; 25 items), het...
Vragenlijst met 18 items zoals ‘wordt gemakkelijk afgeleid', ‘praat aan één stuk door'. Op vijfpuntsschalen van ‘niet' tot ‘zeer vaak' wordt door beide ouders, leerkrachten, groepsopvoeders of andere hulpverleners (die het gedrag van de jeugdige...
Vragenlijst van 30 items die vijf subschalen met elk 5 items omvatten: Ondersteuning in het werk, Autonomie bij de werkzaamheden, Relaties met collega's, Aard van het werk en Arbeidsvoorwaarden. De werknemer moet op een vijfpuntsschaal aangeven...
Niet methodegebonden toets met opklimmende moeilijkheidsgraad. De BRT bestaat uit een Instaptoets die het hoofdrekenen tot 100 meet (50 items), een Hoofdrekengedeelte tot 100 (50 items) met optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen, en een...
Vragenlijst van 30 items die vijf subschalen met elk 5 items omvatten: Ondersteuning in het werk, Autonomie bij de werkzaamheden, Relaties met collega's, Aard van het werk en Arbeidsvoorwaarden. De leerkracht moet op een vijfpuntsschaal aangeven...
PC-testprogramma dat afhankelijk van het niveau van de kandidaat en de functie- en bedrijfseisen wordt samengesteld.Er worden algemene en functiegerelateerde vaardigheden gemeten zoals taal-, lees- en rekenvaardigheid, snelheid en accuratesse,...
PC-testprogramma dat afhankelijk van het niveau van de kandidaat en de functie- en bedrijfseisen wordt samengesteld, bestaande uit persoonlijkheidsvragenlijsten en een voorkeurslijst.Er zijn twee vragenlijsten met betrekking tot persoonlijkheid:...
Observatieschaal met acht pijngedragingen waarvan de intensiteit of frequentie wordt beoordeeld op een driepuntsschaal. Tijdens de observatieperiode wordt de patiënt gevraagd te lopen, te staan e.d. De observatoren moeten getraind worden in de...
De observatieschaal bestaat uit 120 zevenpuntsschalen waarop de beoordelaar steeds een gedragsaspect van de jeugdige moet scoren. De schalen vormen samen 10 min of meer geïntercorreleerde gedragspatronen (gebaseerd op voorlopige patronen van...