Test bestaande uit twee delen, de subtest FoneemWeglating (FW) en de subtest FoneemVerwisseling (FV), met elk 12 items. De items van FW bestaan uit een woord dat het kind moet uitspreken waarbij een gedeelte van het woord weggelaten moet worden....
Screeningsinstrument met negen verschillende niveaus (niveau 2 tot en met 10). Niveau 4 tot en met niveau 8 wordt standaard aangeboden aan leerlingen die geen beperkingen hebben en die op grond van hun geboortedatum, respectievelijk in groep 4...
Methode bestaande uit twee parallelvormen A en B, elk met 45 opgaven. De opgaven zijn in groepen van 5 verdeeld over negen schalen:1. Vergelijken: het vergelijken van objecten op kwalitatieve en kwantitatieve kenmerken.2. Hoeveelheden koppelen:...
Vragenlijst waarmee de mate van zelfstandigheid in het uitvoeren van dagelijkse activiteiten onderzocht wordt. Hierbij worden zowel de vaardigheden in als de uitvoering van functionele activiteiten gemeten. In totaal zijn er negen schalen:-...
Niet methodegebonden toets met opklimmende moeilijkheidsgraad. De BRT bestaat uit een Instaptoets die het hoofdrekenen tot 100 meet (50 items), een Hoofdrekengedeelte tot 100 (50 items) met optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen, en een...
Deze schooltoets is een vervolg op de Woordenschattoets groep 3 en 4 van het Cito en een onderdeel van het Cito Leerlingvolgsysteem. De toets bestaat uit ruim 100 woorden of uitdrukkingen die op één schaal geordend zijn van makkelijk naar...
Vragenlijst met 14 items met betrekking tot catastrofale gedachten over mogelijke consequenties bij een angstaanval. Respondent moet aangeven op een vijfpuntsschaal (van ‘nooit' tot ‘altijd') hoe vaak iedere gedachte voorkomt bij angst of...
Leerdoelgerichte schooltoetsen (niet gebonden aan bepaalde lees- of taalmethode), die begrijpend lezen meten op woordniveau. Eén is bestemd voor VBO en de ander voor MAVO, HAVO en VWO. De woordenschattests hebben 34 resp. 29 items waarbij de...
Observatieschaal met acht pijngedragingen waarvan de intensiteit of frequentie wordt beoordeeld op een driepuntsschaal. Tijdens de observatieperiode wordt de patiënt gevraagd te lopen, te staan e.d. De observatoren moeten getraind worden in de...
De test heeft verschillende vormen voor kleuters, schoolkinderen en volwassenen. De testopgaven bestaan uit één normfiguur en vier tot acht varianten hiervan, waarvan er één identiek is aan de normfiguur. Men moet de identieke figuur kiezen.