Test bestaande uit drie verschillende toetsen, namelijk ‘Begrijpend lezen’, ‘Rekenen-Wiskunde’ en ‘Taalverzorging’. Van iedere toets zijn twee versies beschikbaar voor twee afnamen per jaar. De toets ‘Begrijpend lezen’ bestaat uit de onderdelen...
Test bestaande uit twee verschillende soorten toetsen, namelijk ‘Mondelinge taal’ en ‘Rekenen’. De toets ‘Mondelinge taal’ bestaat uit de onderdelen ‘woordbegrip’, ‘zinsbegrip’ en ‘verhaalbegrip’ en de toets ‘Rekenen’ bestaat uit de onderdelen...
Vragenlijst met 48 vragen (12 items per subschaal). Het instrument heeft de volgende vier subschalen:Eenzaamheid in de relatie met de ouders (EO).Eenzaamheid in de relaties met leeftijdsgenoten (EL).Aversie tegenover alleen zijn (AN).Affiniteit...
Leervorderingentoets die meet wat een leerling in leerjaar één van het voortgezet onderwijs heeft geleerd in vergelijking met andere leerlingen op het gebied van de volgende kernvaardigheden: Nederlands leesvaardigheid, Nederlands woordenschat,...
Begeleidingsinstrument bestaand uit 2 vragen over achtergrondkenmerken, 8 indicatieve vragen over gezondheid, welbevinden, enz., 5 vragen over psychosomatische klachten, 3 vragen over bovenmatig gebruik van genotmiddelen, 3 vragen over...
Begeleidingsinstrument bestaand uit 2 onderdelen: een lijst met 12 items die door de ouders wordt ingevuld, voorafgaand aan het PGO. De ouders vullen in of de stellingen ‘waar', ‘een beetje waar' of ‘niet waar' zijn met betrekking tot gedrags-...
Inhoud en gebruik: de Toelatingstoets bestaat uit vier subtoetsen: Begrijpend Lezen, Inzichtelijk Rekenen, Spelling en Technisch lezen. Per subtoets zijn er één tot drie taken.De juiste antwoorden kunnen gedeeltelijk in het toetsmateriaal en...
Vragenlijst met 138 items die zeven factoren omvatten die in de literatuur in verband gebracht worden met multiculturele effectiviteit: Culturele empathie, Openmindedness, Extraversie, Avontuurlijkheid/Nieuwsgierigheid, Emotionele stabiliteit,...
De schaal omvat vier subschalen met elk 12 items: EO, eenzaamheid in de relatie met ouders; EL, eenzaamheid in de relatie met leeftijdgenoten; AN, aversie tegen of negatief beleefd alleen-zijn; AP, affiniteit voor of positief beleefd...