Vragenlijst met 240 juist/onjuist items en bestaat uit zeven hoofdschalen en 25 subschalen. De hoofdschalen zijn onderverdeeld in:A. vier Temperamentschalen: Prikkelzoekend, PZ (40 items), Leedvermijdend, LV (35 items), Sociaalgericht, SG (24...
De vragenlijst is de verkorte versie van de TCI, 1999 (24.30) en bestaat uit 105 items die de zeven hoofdschalen van de TCI omvatten. Elke schaal heeft 15 vragen. Er zijn vier Temperamentschalen: Prikkelzoekend, Leedvermijdend, Sociaalgericht,...
Deze toets maakt deel uit van het DLE Leerlingvolgsysteem en vervangt de Tempo Test Rekenen, (De Vos, 1992). Hij bestaat uit 200 in moeilijkheidsgraad oplopende sommen: optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen tot 100. Hierbij zijn...
Vragenlijst (60 items) die vijf subschalen/domeinen omvat: N, Neuroticisme, E, Extraversie, O, Openheid, A, Altruïsme en C, Consciëntieusheid.Respondent moet op vijfpuntsschalen van ‘helemaal oneens' tot ‘helemaal eens' aangeven in hoeverre de...
Vragenlijst van 100 items die vijf onafhankelijke factoren oplevert:Extraversie, Mildheid, Ordelijkheid, Emotionele stabiliteit, Autonomie.De items, korte concreet-gedragsmatige uitdrukkingen in de derde persoon enkelvoud, worden beantwoord op...
De VSPS is gebaseerd op het meervoudig risicomodel van psychosociale (gedrags)proble-matiek bij jeugdigen van Van der Ploeg en Scholte (1990-1997) dat vijf belangrijke risicogebieden omvat (gedrag, persoonlijkheid, gezinsmilieu, schoolsituatie,...
In dit begeleidingsinstrument wordt aan de hand van tien aspecten (formuleren van teamdoelen, luisteren naar elkaar, leiderschap, bijdrage teamleden, creativiteit, meningsverschillen, beslissingen, evaluatie, feedback en perceptie van elkaar)...
Observatieschaal met 47 items die door de leerkracht wordt ingevuld na een observatieperiode van een maand. Op een vijfpuntsschaal (van altijd tot nooit) en een zevenpuntsschaal (van zeker tot helemaal niet) wordt observeerbaar gedrag...
Vragenlijst met 20 items bestaand uit drie of vier pijnbeschrijvende adjectieven geordend naar oplopende intensiteit, b.v. kloppend, bonzend, barstend. Cliënt moet aankruisen welk woord op dit moment het best zijn pijn beschrijft. Niet elk item...
De test bestaat uit 187 vragen met drie antwoordmogelijkheden en omvat 16 persoonlijkheidsfactoren.