Test bestaande uit twee leeskaarten (vorm A en B) met op elke leeskaart 116 pseudowoorden (d.w.z. uitspreekbare nonsenswoorden) in oplopende moeilijkheidsgraad die geordend zijn in vier kolommen met 29 woorden.Het kind moet de pseudowoorden van...
Vragenlijst met 127 items in de vorm van stellingen met drie antwoordmogelijkheden (‘juist', ‘onjuist' en ‘?') . Er worden vijf hoofdfactoren onderscheiden met 13 onderliggende schalen:1) Eigenwaarde/zelfwaardering: subjectief geheel aan...
Vragenlijst met 13 items en een open vraag gericht op symptomen die in de psychiatrie veelvuldig voorkomen. De items bestaan uit psychische klachten die voor kunnen komen. Voorbeelditem: ‘Depressiviteit'. Cliënt geeft op een vijfpuntsschaal aan...
Begeleidingsinstrument bestaand uit zes afzonderlijk te gebruiken vragenlijsten.1. Een vragenlijst voor sectorinteresse met 36 items, ter bepaling van de voorkeur voor beroepen binnen vier sectoren. Antwoordschaal van 1 tot 10.2. Een vragenlijst...
De observatieschaal ZAS heeft zes subschalen (totaal 40 items) waarin de geboden zorg op zes gebieden moet worden aangegeven (‘patiënt voert taak zelfstandig uit' tot ‘wordt geheel door begeleiderovergenomen') en 1 subschaal waarin de...
Per schaal 320 activiteiten en gebeurtenissen waarbij de mate van plezierigheid resp. onplezierigheid en de frequentie moet worden aangegeven op een driepuntsschaal. De PES heeft een aparte 48 items tellende stemmingsgerelateerde subschaal MR,...