De observatieschaal ZAS heeft zes subschalen (totaal 40 items) waarin de geboden zorg op zes gebieden moet worden aangegeven (‘patiënt voert taak zelfstandig uit' tot ‘wordt geheel door begeleiderovergenomen') en 1 subschaal waarin de...
Observatieschaal met twee delen: I. Afwijkend gedrag (7 trichotome items) en II. Algemeen gedrag (16 visueel analoge schalen). Algemeen gedrag omvat drie factoren: Sociale activiteit, Taalgebruiksstoornis en Zelfverzorging. De vragen worden...
De test bestaat uit 225 paren van uitspraken in de ik-vorm. Cliënt moet steeds aangeven welke van de twee beweringen het meest op hem van toepassing is. De test omvat 16 variabelen ontleend aan het need-systeem van H.A. Murray:...
Vragenlijst van 107 items, die met ‘waar' of ‘niet waar' beantwoord worden, verdeeld over 10 subschalen. Tevens 14 inventariserende items betreffende probleemgedrag dat aan depressie verwant is. De subschalen zijn: Depressieve ontstemming...