Toets met een afnamemoment in het midden en het einde van het schooljaar. Naast de midden- en eindtoets is er per leerjaar ook een tussentoets beschikbaar. De tussentoets ligt qua niveau tussen de twee toetsen in. Bij een minder snelle...
Schooltoets bestaand uit 120 woorden. De woorden hebben een oplopende moeilijkheidsgraad. De leerling krijgt één minuut de tijd om de woorden hardop voor te lezen. Het instrument is bedoeld om de snelheid en mate van nauwkeurigheid van het lezen...
De schooltoets bestaat uit twee kaarten met een tekst die in het begin eenvoudig is en later complexer wordt. De tekst sluit aan bij de algemene leervolgorde van het lezen en kan in alle groepen worden afgenomen. De leerling leest gedurende 1...
Vragenlijst met 160 items die tien gedragsstijlen omvatten: PA Leidend, beïnvloedend; BC Competitief, onafhankelijk; DE Aanvallend, agressief; FG Kritisch, wantrouwend; nFnG Gereserveerd, zwijgzaam; HI Teruggetrokken, verlegen; JK Afhankelijk,...
Begeleidingsinstrument met 24 items die drie subschalen omvatten: Kritisch lezen (9 items), Context verbreden (8 items), Structuur zoeken (7 items). Na de stamtekst "Als ik een ingewikkelde tekst bestudeer ...." wordt op vijfpuntsschalen van...
Leerdoelgerichte schooltoets (niet gebonden aan bepaalde lees- of taalmethode) die begrijpend lezen meet op woordniveau. De Woordenschattest heeft 33 items waarbij de leerling uit vier alternatieven het woord moet kiezen dat qua betekenis het...
Vragenlijst met 201 items met 2 tot 4 antwoordmogelijkheden. De 27 schalen en 42 aanvullende vragen richten zich op zeven onderzoeksgebieden:1. Kenmerken van het werk, met zeven schalen zoals: Werktempo/hoeveelheid, Emotionele belasting,...
Interactieve p.c. test met 18 opgaven. De kandidaat krijgt op een beeldscherm vijf deelprocessen van een fictief produktieproces schematisch aangeboden. Bij elk deelproces (met ieder een bepaald regelprobleem) moet hij met behulp van het...
Vragenlijst met 20 items bestaand uit drie of vier pijnbeschrijvende adjectieven geordend naar oplopende intensiteit, b.v. kloppend, bonzend, barstend. Cliënt moet aankruisen welk woord op dit moment het best zijn pijn beschrijft. Niet elk item...
Vragenlijst met 50 items, bestaande uit twee vormen, de Zelfvorm en de Partnervorm waarbij cliënt resp. de houding tegenover de partner en partners houding tegenover cliënt beoordeelt door op een zespuntsschaal aan te geven in hoeverre een...