Vragenlijst met 160 items die tien gedragsstijlen omvatten: PA Leidend, beïnvloedend; BC Competitief, onafhankelijk; DE Aanvallend, agressief; FG Kritisch, wantrouwend; nFnG Gereserveerd, zwijgzaam; HI Teruggetrokken, verlegen; JK Afhankelijk,...
Vragenlijst bestaande uit twee schalen: 20 items betreffen toestandsangst (DY 1) en 20 items betreffen angstdispositie (DY 2). Cliënt antwoordt op vierpuntsschaal van ‘geheel niet' (score 1) tot ‘zeer veel' (score 4) en ‘bijna nooit' (score 1)...
Schaal met 20 items verdeeld over drie subschalen:EU, Emotionele Uitputting, 8 items; MD, Mentale Distantie, 5 items; C, Competentie, 7 items.Op een zevenpuntsschaal van ‘nooit' tot ‘altijd' vult men in hoe vaak een bewering van toepassing is...
Schooltoets (2 parallelvormen A en B) die niet gebonden is aan een bepaalde lees- of taalmethode. Na een informatieve tekst moet de leerling vragen beantwoorden die betrekking hebben op woord-, zins- of tekstniveau en kiest daarbij uit vier...
Vragenlijst bestaande uit twee schalen; de 20 items van de toestandsangstschaal vragen hoe het kind zich nu voelt, de 20 items van de angstdispositieschaal vragen hoe het kind zich in het algemeen voelt. Driepuntsantwoordschalen. Bij elke...
Observatieschaal met 30 gedragsomschrijvingen die op vijfpuntsschalen van ‘nooit' tot ‘altijd' worden ingevuld. De IPPO bestaat uit twee subschalen: 1. Sociale interesse en Gedrag en 2. Zelfkontrole en Normbesef. De totaalscore geeft het...
Vier taakgerichte schooltoetsen die bepaalde aspecten van het begrijpend lezen meten, nl. begrijpen van de betekenis van geschreven woorden (Synoniementest, 30 items), begrijpen van geschreven woorden die telkens elkaars tegenstelling zijn...
Vragenlijst met 15 items. Men moet op vierpuntsschalen aangeven hoe vaak de uitspraak de afgelopen zeven dagen van toepassing is geweest. Zeven items hebben betrekking op herbeleving van het gebeurde, acht items op vermijding van gedachten en...
Vragenlijst met 20 items bestaand uit drie of vier pijnbeschrijvende adjectieven geordend naar oplopende intensiteit, b.v. kloppend, bonzend, barstend. Cliënt moet aankruisen welk woord op dit moment het best zijn pijn beschrijft. Niet elk item...
Vragenlijst met 50 items, bestaande uit twee vormen, de Zelfvorm en de Partnervorm waarbij cliënt resp. de houding tegenover de partner en partners houding tegenover cliënt beoordeelt door op een zespuntsschaal aan te geven in hoeverre een...