De test bestaat uit zeven subtests:Hoofdbewerkingen (HB): er wordt een getal gegeven, waarbij twee juiste sommen moeten worden gekozen uit vijf antwoordalternatieven (101 items);Woordbetekenis (WB): woord met dezelfde betekenis kiezen uit vijf...
Non-verbale intelligentietest, die inzicht beoogt te geven in het abstracte redeneervermogen. Het instrument heeft 40 items met een oplopende moeilijkheidsgraad. Ieder item bestaat uit een 3 bij 3 matrix en heeft 8 antwoordalternatieven. De taak...
Vragenlijst bestaand uit drie versies: één voor ouders (van kinderen in de leeftijd van 5 tot en met 17 jaar), één voor leerkrachten (van kinderen in de leeftijd van 5 tot en met 11 jaar) en een zelfrapportagevragenlijst voor kinderen van 11 tot...
De test bestaat uit 246 items, opgedeeld in 34 dimensies/schalen (7 items per dimensie, 7 items die sociaal wenselijke antwoorden meten en 1 ‘dummy' item), waarvan 13 dimensies aansluiten bij het Five Factor Model (FFM) (Openheid,...
De OP5 meet 5 dimensies, ook wel (hoofd)factoren genoemd en 30 persoonlijkheidstrekken (subschalen) met tegengestelde polen. Het aantal items per schaal varieert tussen 8 en 12. Het gaat om de dimensies:- Extraversie met subschalen: Risico nemen...
Vragenlijst met 478 items gericht op het meten van persoonlijkheidskenmerken en psychopathologie. De items bestaan uit stellingen, welke met ‘akkoord' of ‘niet akkoord' beantwoord worden. Voorbeeld item 20: "Niemand schijnt mij te begrijpen"....
Vragenlijst met 160 items die tien gedragsstijlen omvatten: PA Leidend, beïnvloedend; BC Competitief, onafhankelijk; DE Aanvallend, agressief; FG Kritisch, wantrouwend; nFnG Gereserveerd, zwijgzaam; HI Teruggetrokken, verlegen; JK Afhankelijk,...
Schooltoets/observatieschaal met vijf onderdelen: 1. Persoonlijke gegevens, 2. Zinsprosodie (30 items), 3. Score verstaanbaarheid, 4. Woordklemtoon (15 items), 5. Klanken in woorden/minimale paren (30 items). Tijdens de afname wordt de...
Vragenlijst met 20 items bestaand uit drie of vier pijnbeschrijvende adjectieven geordend naar oplopende intensiteit, b.v. kloppend, bonzend, barstend. Cliënt moet aankruisen welk woord op dit moment het best zijn pijn beschrijft. Niet elk item...
Vragenlijst met 50 items, bestaande uit twee vormen, de Zelfvorm en de Partnervorm waarbij cliënt resp. de houding tegenover de partner en partners houding tegenover cliënt beoordeelt door op een zespuntsschaal aan te geven in hoeverre een...