De toetsen ‘Rekenen-Basisbewerkingen voor groep 3 tot en met 8’ is een reeks van 11 toetsen (één toets voor leerjaar 3 en twee toetsen voor elk volgend leerjaar) die ontwikkeld is om te na te gaan in hoeverre de leerling de basisbewerkingen van...
Vragenlijst bestaand uit drie versies: één voor ouders (van kinderen in de leeftijd van 5 tot en met 17 jaar), één voor leerkrachten (van kinderen in de leeftijd van 5 tot en met 11 jaar) en een zelfrapportagevragenlijst voor kinderen van 11 tot...
Neuropsychologische testbatterij die bestaat uit twaalf subtests, te weten:Subtest 1 - Tellen (5 items), het kind moet verschillende zwarte stippen hardop tellen en deze tegelijkertijd met een vinger aanwijzen.Subtest 2 - Achteruit tellen (2...
Toets met een afnamemoment in het midden en aan het einde van het schooljaar. Er zijn aparte toetsen voor groep 1 en groep 2. Per leerjaar wordt dezelfde toets twee keer afgenomen. De toets voor groep 1 bestaat uit 46 opgaven en de toets voor...
Toets met een afnamemoment in het midden en aan het einde van het schooljaar. Er zijn aparte toetsen voor groep 1 en groep 2. Per leerjaar wordt dezelfde toets twee keer afgenomen. Er is een oefenboekje met acht opgaven. De toets voor groep 1...
Test bestaande uit 240 groepjes van 2, 3 of 4 piepjes, auditief aangeboden op de computer. Opdracht voor de cliënt is om bij het herkennen van een groep van drie piepjes te reageren door op de spatiebalk te drukken. De tijd tussen de...
Vragenlijst met 18 items zoals ‘wordt gemakkelijk afgeleid', ‘praat aan één stuk door'. Op vijfpuntsschalen van ‘niet' tot ‘zeer vaak' wordt door beide ouders, leerkrachten, groepsopvoeders of andere hulpverleners (die het gedrag van de jeugdige...
Vragenlijst met 160 items die tien gedragsstijlen omvatten: PA Leidend, beïnvloedend; BC Competitief, onafhankelijk; DE Aanvallend, agressief; FG Kritisch, wantrouwend; nFnG Gereserveerd, zwijgzaam; HI Teruggetrokken, verlegen; JK Afhankelijk,...
Vragenlijst met 20 items bestaand uit drie of vier pijnbeschrijvende adjectieven geordend naar oplopende intensiteit, b.v. kloppend, bonzend, barstend. Cliënt moet aankruisen welk woord op dit moment het best zijn pijn beschrijft. Niet elk item...
Schaal met 24 items die vragen naar leefgewoonten. Uit de drie tot vijf antwoordmogelijkheden moet er één aangekruist worden die het meest van toepassing is.