Test bestaande uit elf subtests, een ‘Observatieschaal’, een ‘Pragmatiekprofiel’ en een ‘Checklist Pragmatiek in Activiteiten’:‘Zinnen Begrijpen’ (‘ZB’, 25 items): een afbeelding aanwijzen die de mondeling aangeboden zin weergeeft.‘Linguïstische...
Vragenlijst bestaand uit drie versies: één voor ouders (van kinderen in de leeftijd van 5 tot en met 17 jaar), één voor leerkrachten (van kinderen in de leeftijd van 5 tot en met 11 jaar) en een zelfrapportagevragenlijst voor kinderen van 11 tot...
Test bestaande uit 18 subtests:- Begrippen en Aanwijzingen Volgen (BAV): voorwerpen in het opgavenboek aanwijzen na mondelinge instructie.- Woordstructuur (WS): een zin aanvullen met de gevraagde woordvorm.- Zinnen Herhalen (ZH): het nazeggen...
Vragenlijst bestaande uit 115 items gericht op persoonlijkheidsaspecten van de leerling die van belang zijn voor het functioneren en welbevinden in de onderwijsleersituatie. Het instrument bestaat uit 7 hoofdfactoren en 15 subfactoren:1....
Vragenlijst met 24 items in de vorm van een stelling. De leerling geeft op een 10-puntsschaal aan in hoeverre de stelling op hem/haar van toepassing is. Deze 10-puntsschaal in onderverdeeld in vier categorieën: ‘helemaal niet waar' (score 1 of...
Vragenlijst met 22 items in de vorm van een stelling. De docent geeft een score op een zespuntsschaal lopend van ‘geheel niet van toepassing' tot ‘in sterke mate van toepassing'.Het instrument is gebaseerd op de negen domeinen van Morrison,...
Vragenlijst met 160 items die tien gedragsstijlen omvatten: PA Leidend, beïnvloedend; BC Competitief, onafhankelijk; DE Aanvallend, agressief; FG Kritisch, wantrouwend; nFnG Gereserveerd, zwijgzaam; HI Teruggetrokken, verlegen; JK Afhankelijk,...
De toets bestaat uit een Verbaal/theoretisch gedeelte met de subtoetsen Woordenschat, Zinsbouw, Logisch redeneren met woorden, Soortbegrip en een Wiskundig praktisch gedeelte met de subtoetsen Ruimtelijk 2-dimensionaal, Ruimtelijk...
Vragenlijst met 20 items bestaand uit drie of vier pijnbeschrijvende adjectieven geordend naar oplopende intensiteit, b.v. kloppend, bonzend, barstend. Cliënt moet aankruisen welk woord op dit moment het best zijn pijn beschrijft. Niet elk item...
Vragenlijst met 50 items, bestaande uit twee vormen, de Zelfvorm en de Partnervorm waarbij cliënt resp. de houding tegenover de partner en partners houding tegenover cliënt beoordeelt door op een zespuntsschaal aan te geven in hoeverre een...