Vragenlijst bestaand uit drie versies: één voor ouders (van kinderen in de leeftijd van 5 tot en met 17 jaar), één voor leerkrachten (van kinderen in de leeftijd van 5 tot en met 11 jaar) en een zelfrapportagevragenlijst voor kinderen van 11 tot...
Vragenlijst met 40 vragen, waarmee sociaal-emotionele vaardigheden worden gemeten. Het construct wordt onderverdeeld in drie meer specifieke vaardigheden, namelijk emotionele vaardigheden, sociale vaardigheden en vaardigheden ten aanzien van het...
Toets met een afnamemoment in het midden en aan het einde van het schooljaar. Er zijn aparte toetsen voor groep 1 en groep 2. Per leerjaar wordt dezelfde toets twee keer afgenomen. De toets voor groep 1 bestaat uit 46 opgaven en de toets voor...
Toets met een afnamemoment in het midden en aan het einde van het schooljaar. Er zijn aparte toetsen voor groep 1 en groep 2. Per leerjaar wordt dezelfde toets twee keer afgenomen. Er is een oefenboekje met acht opgaven. De toets voor groep 1...
Vragenlijst met 160 items die tien gedragsstijlen omvatten: PA Leidend, beïnvloedend; BC Competitief, onafhankelijk; DE Aanvallend, agressief; FG Kritisch, wantrouwend; nFnG Gereserveerd, zwijgzaam; HI Teruggetrokken, verlegen; JK Afhankelijk,...
Screeningsinstrument met twee versies: de CST14, die 14 vragen bevat betreffende eenvoudige feitenkennis die is opgedaan in het verleden, en de CST20, met 20 vragen (zes iets moeilijker vragen zijn toegevoegd). Het instrument dient om t.b.v. de...
De test bestaat uit vier subtests voor objectperceptie (1. Onvolledige letters, 2. Silhouetten, 3. Objectherkenning, 4. Progressieve silhouetten) voorafgegaan door een vormdiscriminatie-screeningtest en vier subtests voor ruimteperceptie (5....
De test bestaat uit zes subtests die in een vaste volgorde worden afgenomen. 1. Visueel geheugen, conditie 1, 2 en 3; 2. Oriëntatie; 3. Meander; 4. Fluency; 5. Natekenen; 6. Acht-Woorden Test. Voorafgaand aan de testafname worden biografische en...
Vragenlijst met 20 items bestaand uit drie of vier pijnbeschrijvende adjectieven geordend naar oplopende intensiteit, b.v. kloppend, bonzend, barstend. Cliënt moet aankruisen welk woord op dit moment het best zijn pijn beschrijft. Niet elk item...
Methode van materiaalverzameling die telkens aan het door de onderzoeker te behandelen probleem moet worden aangepast. Voor de oorspronkelijke versie en de modificaties zie Persoonlijke Psychologie I en II, Bonarius, 1980.