Leervorderingentoets die meet wat een leerling in leerjaar één van het voortgezet onderwijs heeft geleerd in vergelijking met andere leerlingen op het gebied van de volgende kernvaardigheden: Nederlands leesvaardigheid, Nederlands woordenschat,...
Vragenlijst bestaand uit drie versies: één voor ouders (van kinderen in de leeftijd van 5 tot en met 17 jaar), één voor leerkrachten (van kinderen in de leeftijd van 5 tot en met 11 jaar) en een zelfrapportagevragenlijst voor kinderen van 11 tot...
Adaptieve vragenlijst met in totaal 158 items, waarvan gemiddeld 32 items per testafname worden gemaakt. Alle items zijn gebaseerd op het dominospel, waarbij de punten zijn vervangen door letters en de ruimtelijke schikking van de letters sterk...
Test bestaande uit zes subtests:1. Telrij kennen: telwoorden kennen, tactiel tellen, tellen met een bovengrens/ondergrens, tellen met een boven- en ondergrens en met sprongen tellen.2. Tellen: telvolgorde correct aanhouden, 1-1 correspondentie,...
Vragenlijst met 160 items die tien gedragsstijlen omvatten: PA Leidend, beïnvloedend; BC Competitief, onafhankelijk; DE Aanvallend, agressief; FG Kritisch, wantrouwend; nFnG Gereserveerd, zwijgzaam; HI Teruggetrokken, verlegen; JK Afhankelijk,...
Schooltoets met 17 subtoetsen betreffende visuele discriminatie, -analyse en -synthese, letter-klankkoppeling, zinsegmentatie, enz. In de voorbereidende fase worden de subtoetsen vnl. leerdoelgericht gebruikt. In de aanvankelijke fase kunnen de...
Observatieschaal met 36 items met elk een korte toelichting, die door twee verzorgers wordt ingevuld na een observatietraining. Er zijn drie subschalen: Cognitie (11 items), Stemming (7 items) en Sociaal contact (5 items). De antwoorden worden...
Observatieschaal met 47 items die door de leerkracht wordt ingevuld na een observatieperiode van een maand. Op een vijfpuntsschaal (van altijd tot nooit) en een zevenpuntsschaal (van zeker tot helemaal niet) wordt observeerbaar gedrag...
Vragenlijst met 20 items bestaand uit drie of vier pijnbeschrijvende adjectieven geordend naar oplopende intensiteit, b.v. kloppend, bonzend, barstend. Cliënt moet aankruisen welk woord op dit moment het best zijn pijn beschrijft. Niet elk item...