Vragenlijst bestaand uit drie versies: één voor ouders (van kinderen in de leeftijd van 5 tot en met 17 jaar), één voor leerkrachten (van kinderen in de leeftijd van 5 tot en met 11 jaar) en een zelfrapportagevragenlijst voor kinderen van 11 tot...
Vragenlijst met 160 items die tien gedragsstijlen omvatten: PA Leidend, beïnvloedend; BC Competitief, onafhankelijk; DE Aanvallend, agressief; FG Kritisch, wantrouwend; nFnG Gereserveerd, zwijgzaam; HI Teruggetrokken, verlegen; JK Afhankelijk,...
De schaal Interacties (SSL-I) bestaat uit 34 items met betrekking tot allerlei vormen van ondersteunende interacties en zeven items die betrekking hebben op negatieve interacties. De positieve interacties zijn onderverdeeld in zes subschalen: 1....
De test bestaat uit een blad met 33 regels van elk 24 figuren met 3, 4 of 5 stippen. De 4-stip figuren zijn voor 50% vierkant en voor 50% ruitvormig. Men moet zo snel mogelijk, ononderbroken, alle 4-stip figuren doorstrepen. Er zijn twee oefenregels.
Batterij van 17 onderdelen betreffende de cognitieve domeinen waarneming, geheugen, gedragsplanning en aandacht, communicatieve en basisvaardigheden. De eerste sessie behelst het logopedisch gedeelte met meting van gehoor, taalimpressie,...
Uitgebreide neuropsychologische batterij van 29 onderdelen die in drie sessies wordt afgenomen in voorgeschreven volgorde. Op meer manieren en op verschillende tijdstippen worden cognitieve functies met wisselende moeilijkheidsgraad gemeten. De...
Gestandaardiseerde, semi gestructureerde beoordelingsschaal die in één sessie wordt afgenomen in voorgeschreven volgorde. Waar nodig zijn alternatieve formuleringen van de vragen gegeven. Omvat 548 items die alle belangrijke psychiatrische...
Observatieschaal met 123 gedragsbeschrijvingen (in groepjes van vier tot tien) die wordt ingevuld door onderwijsgevenden. De items zijn verdeeld over 19 situaties die ingedeeld zijn in vijf hoofdcategorieën: Interactie met onderwijzer(es),...
Vragenlijst met 20 items bestaand uit drie of vier pijnbeschrijvende adjectieven geordend naar oplopende intensiteit, b.v. kloppend, bonzend, barstend. Cliënt moet aankruisen welk woord op dit moment het best zijn pijn beschrijft. Niet elk item...
Vragenlijst met 50 items, bestaande uit twee vormen, de Zelfvorm en de Partnervorm waarbij cliënt resp. de houding tegenover de partner en partners houding tegenover cliënt beoordeelt door op een zespuntsschaal aan te geven in hoeverre een...