Vragenlijst bestaand uit drie versies: één voor ouders (van kinderen in de leeftijd van 5 tot en met 17 jaar), één voor leerkrachten (van kinderen in de leeftijd van 5 tot en met 11 jaar) en een zelfrapportagevragenlijst voor kinderen van 11 tot...
Testbatterij die bestaat uit een reeks neuropsychologische subtests, die in verschillende combinaties kunnen worden gebruikt voor verschillende doeleinden. De subtests zijn in te delen in zes neuropsychologische domeinen:- Aandacht en executieve...
Vragenlijst met 240 juist/onjuist items en bestaat uit zeven hoofdschalen en 25 subschalen. De hoofdschalen zijn onderverdeeld in:A. vier Temperamentschalen: Prikkelzoekend, PZ (40 items), Leedvermijdend, LV (35 items), Sociaalgericht, SG (24...
De vragenlijst is de verkorte versie van de TCI, 1999 (24.30) en bestaat uit 105 items die de zeven hoofdschalen van de TCI omvatten. Elke schaal heeft 15 vragen. Er zijn vier Temperamentschalen: Prikkelzoekend, Leedvermijdend, Sociaalgericht,...
Vragenlijst met 160 items die tien gedragsstijlen omvatten: PA Leidend, beïnvloedend; BC Competitief, onafhankelijk; DE Aanvallend, agressief; FG Kritisch, wantrouwend; nFnG Gereserveerd, zwijgzaam; HI Teruggetrokken, verlegen; JK Afhankelijk,...
Observatieschaal met een Receptieve Schaal en een Expressieve Schaal, bestaand uit 11 tweezijdig getekende kaarten en een set speelgoedmateriaal. Dit laatste wordt geadviseerd maar is niet noodzakelijk.In het receptieve gedeelte, dat eerst wordt...
De schaal Interacties (SSL-I) bestaat uit 34 items met betrekking tot allerlei vormen van ondersteunende interacties en zeven items die betrekking hebben op negatieve interacties. De positieve interacties zijn onderverdeeld in zes subschalen: 1....
De SIG-A is een voor jonge adolescenten bewerkte versie van de SIG. De vragenlijst heeft 47 items, waarbij voor elke situatie m.b.v. een vierpuntsschaal aangegeven moet worden hoe gespannen men is en vervolgens hoe frequent men door eigen...
‘State’ vragenlijst met 50 items waarbij men bij elke situatie m.b.v. een vijfpuntsschaal moet aangeven hoe gespannen men is en vervolgens hoe frequent men in die situatie verkeert door eigen toedoen. De vier subschalen zijn: NEG, het uiten van...
Vragenlijst met 20 items bestaand uit drie of vier pijnbeschrijvende adjectieven geordend naar oplopende intensiteit, b.v. kloppend, bonzend, barstend. Cliënt moet aankruisen welk woord op dit moment het best zijn pijn beschrijft. Niet elk item...