Vragenlijst bestaand uit drie versies: één voor ouders (van kinderen in de leeftijd van 5 tot en met 17 jaar), één voor leerkrachten (van kinderen in de leeftijd van 5 tot en met 11 jaar) en een zelfrapportagevragenlijst voor kinderen van 11 tot...
Beoordelingsschaal met 20 items om gedragskenmerken en persoonlijkheidseigenschappen passend bij psychopathie te meten. De schaal heeft twee factoren en een totaalscore:- Factor 1: egoïstisch, ongevoelig en zonder wroeging gebruikmaken van...
Projectieve methode waarbij het kind de opdracht krijgt een tekening te maken van een mens. Om de betrouwbaarheid te vergroten, kan worden opgedragen drie tekeningen te maken: van een man, van en vrouw en van zichzelf. Hierbij wordt benadrukt...
Vragenlijst met 160 items die tien gedragsstijlen omvatten: PA Leidend, beïnvloedend; BC Competitief, onafhankelijk; DE Aanvallend, agressief; FG Kritisch, wantrouwend; nFnG Gereserveerd, zwijgzaam; HI Teruggetrokken, verlegen; JK Afhankelijk,...
De Toets Tweetaligheid bestaat uit zes taken met 20 tot 65 opdrachten. Van iedere taak bestaat een Turkse, Marokkaanse, Papiamentse en Nederlandse versie. De volgende aspecten worden gemeten: Klankonderscheiding, Actieve en Passieve...
De observatielijst bestaat uit 42 items. Met steeds drie tot zeven items worden de volgende aandachtspunten geobserveerd door de leidster/leerkracht: Zelfredzaamheid, Zelfregeling, Weerbaarheid, Welbevinden, Relatie met anderen, Motoriek,...
De DTTL is een niet aan een leesmethode gebonden schooltoets en bestaat uit twee delen:A. een niveaubepalend gedeelte met drie subtoetsen:1. Ontsleutelen van klankzuivere of bijna-klankzuivere woorden, 2. Ontsleutelen van regel-bepaalde woorden,...
De test bestaat uit 36 items. De kern van elk item is een rechthoekig patroon waaruit een stukje is weggelaten. Het kind moet uit zes afbeeldingen dat stukje kiezen dat in de open plaats past. Voor partieel kleurenblinden wordt het gebruik...
Vragenlijst met 20 items bestaand uit drie of vier pijnbeschrijvende adjectieven geordend naar oplopende intensiteit, b.v. kloppend, bonzend, barstend. Cliënt moet aankruisen welk woord op dit moment het best zijn pijn beschrijft. Niet elk item...
Schaal met zeven items die betrekking hebben op activiteiten en activiteitsgevoel. Meerkeuze antwoordmogelijkheden.