Vragenlijst bestaand uit drie versies: één voor ouders (van kinderen in de leeftijd van 5 tot en met 17 jaar), één voor leerkrachten (van kinderen in de leeftijd van 5 tot en met 11 jaar) en een zelfrapportagevragenlijst voor kinderen van 11 tot...
Vragenlijst met 110 items die acht schalen omvatten: Extrinsieke prestatiemotivatie, Intrinsieke prestatiemotivatie, Studiemotivatie, Negatieve faalangst, Positieve faalangst, Doortastend, Doelgericht en Risiconemend, 10 tot 27 items per...
Vragenlijst met 160 items die tien gedragsstijlen omvatten: PA Leidend, beïnvloedend; BC Competitief, onafhankelijk; DE Aanvallend, agressief; FG Kritisch, wantrouwend; nFnG Gereserveerd, zwijgzaam; HI Teruggetrokken, verlegen; JK Afhankelijk,...
Leerdoelgerichte schooltoets (niet gebonden aan bepaalde lees- of taalmethode) die begrijpend lezen meet op woordniveau. De Woordenschattest heeft 28 items waarbij de leerling uit vier alternatieven het woord moet kiezen dat qua betekenis het...
Schooltoets (2 parallelvormen A en B) die niet gebonden is aan een bepaalde lees- of taalmethode. Na een informatieve tekst moet de leerling vragen beantwoorden die betrekking hebben op woord-, zins- of tekstniveau en kiest daarbij uit vier...
Batterij van zeven bestaande tests die zijn gecomputeriseerd en waarbij een Response Device nodig is voor een gestandaardiseerde afname.De tests zijn: 1. Reaction time; 2. Mathematical Processing; 3. Memory Search; 4. Spatial Processing; 5....
De test heeft twee subtests: Handvaardigheid, met de items ringen op staafjes plaatsen (RI), veterbord (VB), stippen plaatsen (ST), kralen en lucifers in doosjes doen (KR) en Algemene lichamelijke vaardigheid met de items platforms (PL),...
Vier taakgerichte schooltoetsen die bepaalde aspecten van het begrijpend lezen meten, nl. begrijpen van de betekenis van geschreven woorden (Synoniementest, 30 items), begrijpen van geschreven woorden die telkens elkaars tegenstelling zijn...
Vragenlijst met 20 items bestaand uit drie of vier pijnbeschrijvende adjectieven geordend naar oplopende intensiteit, b.v. kloppend, bonzend, barstend. Cliënt moet aankruisen welk woord op dit moment het best zijn pijn beschrijft. Niet elk item...
Vragenlijst met 50 items, bestaande uit twee vormen, de Zelfvorm en de Partnervorm waarbij cliënt resp. de houding tegenover de partner en partners houding tegenover cliënt beoordeelt door op een zespuntsschaal aan te geven in hoeverre een...