Persoonlijkheidsvragenlijst die in kaart beoogd te brengen welke factoren van werk een persoon motiveren. In deze normatieve versie van het instrument wordt op ieder item een antwoord gegeven op een vijfpuntsschaal, die loopt van ‘zeer mee eens’...
Vragenlijst bestaand uit drie versies: één voor ouders (van kinderen in de leeftijd van 5 tot en met 17 jaar), één voor leerkrachten (van kinderen in de leeftijd van 5 tot en met 11 jaar) en een zelfrapportagevragenlijst voor kinderen van 11 tot...
Persoonlijkheidsvragenlijst die in kaart beoogt te brengen welke factoren van werk een persoon motiveren. Er zijn twee versies: een normatieve en een ipsatieve versie. In de normatieve versie wordt op elk item een antwoord gegeven op een...
Test bestaande uit 14 afbeeldingen met 36 bijbehorende vragen en opdrachten. De items lopen op in moeilijkheidgraad. Theory of Mind (ToM) is de (cognitieve) vaardigheid om aan jezelf en aan anderen gedachten, gevoelens, ideeën en intenties toe...
Vragenlijst met 18 items zoals ‘wordt gemakkelijk afgeleid', ‘praat aan één stuk door'. Op vijfpuntsschalen van ‘niet' tot ‘zeer vaak' wordt door beide ouders, leerkrachten, groepsopvoeders of andere hulpverleners (die het gedrag van de jeugdige...
De SBL-s is de selectieversie van de SBL, zie 33.7.De SBL-s heeft 52 items, en wordt gepresenteerd als interessevragenlijst. De respondent moet het antwoord aankruisen op een zevenpuntsschaal, van ‘volstrekt mee oneens' tot ‘volstrekt mee eens'....
Vragenlijst met 160 items die tien gedragsstijlen omvatten: PA Leidend, beïnvloedend; BC Competitief, onafhankelijk; DE Aanvallend, agressief; FG Kritisch, wantrouwend; nFnG Gereserveerd, zwijgzaam; HI Teruggetrokken, verlegen; JK Afhankelijk,...
Vragenlijst met 68 items, gepresenteerd als interessevragenlijst. Respondent moet antwoord aankruisen op een vijfpuntsschaal, van ‘helemaal mee eens' tot ‘helemaal mee oneens'. Vier subschalen: TAS (thrill and adventure seeking, 12 items), ES...
Vragenlijst met 20 items bestaand uit drie of vier pijnbeschrijvende adjectieven geordend naar oplopende intensiteit, b.v. kloppend, bonzend, barstend. Cliënt moet aankruisen welk woord op dit moment het best zijn pijn beschrijft. Niet elk item...
Schaal met 24 items die vragen naar leefgewoonten. Uit de drie tot vijf antwoordmogelijkheden moet er één aangekruist worden die het meest van toepassing is.