Test voor het visuele geheugen, in het bijzonder de capaciteit van het kortetermijn-/werkgeheugen, het leervermogen en het langetermijngeheugen en herkenning van visuele in-formatie. Met behulp van een computerscherm worden vijftien testfiguren...
Vragenlijst met 160 items die tien gedragsstijlen omvatten: PA Leidend, beïnvloedend; BC Competitief, onafhankelijk; DE Aanvallend, agressief; FG Kritisch, wantrouwend; nFnG Gereserveerd, zwijgzaam; HI Teruggetrokken, verlegen; JK Afhankelijk,...
Schooltoets (2 parallelvormen A en B) die niet gebonden is aan een bepaalde lees- of taalmethode. Na een informatieve tekst moet de leerling vragen beantwoorden die betrekking hebben op woord-, zins- of tekstniveau en kiest daarbij uit vier...
Non-verbale leertest gebaseerd op Vygotsky's begrip Zone van de Naaste Ontwikkeling, ZNO. Twee factoren ‘Perceptueel redeneren' en ‘Verbaal leren' worden gemeten met zes subtests:1. Classificatie. Figuren op kenmerken sorteren. Toenemende...
Vragenlijst met 31 items die vijf subschalen omvatten: Afleidbaarheid, Overmaat aan informatie, Verwerkingscapaciteit, Aandachtscontrole, Conceptuele controle. Op vijfpuntsschalen van ‘nooit' tot ‘altijd' moet men aangeven in hoeverre de...
Observatieschaal met 16 items die bezigheden omschrijven m.b.t. onthouden en nadenken. Aan de informant (familielid of verzorgende) wordt gevraagd op vijfpuntsschalen, van "veel beter" via "niet veranderd" tot "veel slechter", aan te geven...
Vragenlijst met 21 items betreffende de basale aspecten van fysieke hedonie. Cliënt moet op een vierpuntsschaal aangeven in welke mate de belevingen de laatste tijd op hem van toepassing zijn.
Vier taakgerichte schooltoetsen die bepaalde aspecten van het begrijpend lezen meten, nl. begrijpen van de betekenis van geschreven woorden (Synoniementest, 30 items), begrijpen van geschreven woorden die telkens elkaars tegenstelling zijn...
Vragenlijst met 20 items bestaand uit drie of vier pijnbeschrijvende adjectieven geordend naar oplopende intensiteit, b.v. kloppend, bonzend, barstend. Cliënt moet aankruisen welk woord op dit moment het best zijn pijn beschrijft. Niet elk item...
Vragenlijst met 50 items, bestaande uit twee vormen, de Zelfvorm en de Partnervorm waarbij cliënt resp. de houding tegenover de partner en partners houding tegenover cliënt beoordeelt door op een zespuntsschaal aan te geven in hoeverre een...