Zinaanvultest bestaande uit 15 items plus één suïcidaliteititem.De cliënt wordt gevraagd de zinnen in eigen woorden aan te vullen en daarbij te proberen onder woorden te brengen wat hij/zij de afgelopen week gevoeld heeft.Het instrument is een...
Vragenlijst waarmee welbevinden en ervaren sociale veiligheid kan worden gemeten bij leerlingen in de groepen 5 tot en met 8 van het regulier basisonderwijs. De vragenlijst bevat 20 items, verdeeld over twee schalen, te weten de schaal...
Test bestaande uit twee delen met elk 12 items, de subtest FoneemWeglating (FW) en FoneemVerwisseling (FV). De items van FW bestaan uit een woord dat het kind moet uitspreken waarbij een gedeelte van het woord weggelaten moet worden. De items...
Test voor taalproductie bestaand uit vijf onderdelen:- Test voor Woordontwikkeling (WO) met 70 items: meet de ontwikkeling van de actieve woordenschat door het ontlokken van woorden met behulp van afbeeldingen.- Test voor Zinsontwikkeling (ZO)...
Vragenlijst bestaande uit 27 items, waarbij elk item bestaat uit drie zinnen. De opdracht is om de zin te kiezen die het best beschrijft hoe het kind/de adolescent de afgelopen twee weken heeft gedacht gevoeld en/of zich heeft gevoeld....
Computertoets bestaande uit zeven subtests en een totaalschaal:- Woorden Passen (WP, 24 items): naar aanleiding van een voorbeeld moet uit vier antwoordmogelijkheden een tweede woordpaar gevormd worden.- Technische Tekeningen (TT, 20 items):...
Toets gebaseerd op het intelligentiemodel van Vernon (1950, 1965) met zeven subtests. Er zijn voorbeelditems en per subtest 15 tot 24 meerkeuzevragen.De subtests Woorden passen, Woorden kennen, Woorden onthouden en Goede zinnen vormen de factor...
Twee methode-onafhankelijke schooltoetsen die onderdeel zijn van het Cito Leerlingvolgsysteem. De toets Informatieverwerking (kaartlezen, hanteren van naslagmateriaal, lezen van tabellen en grafieken) heeft per leerjaar één taak van 40 opgaven....
Vragenlijst met 20 items bestaand uit drie of vier pijnbeschrijvende adjectieven geordend naar oplopende intensiteit, b.v. kloppend, bonzend, barstend. Cliënt moet aankruisen welk woord op dit moment het best zijn pijn beschrijft. Niet elk item...
Vragenlijst met 26 items. Cliënt moet aangeven hoe vaak per maand bepaalde klachten zoals hoofdpijn, duizeligheid, gevoel flauw te vallen e.d. voorkomen. Frequentiescoring op een zespuntsschaal.