De toetsen ‘Rekenen-Basisbewerkingen voor groep 3 tot en met 8’ is een reeks van 11 toetsen (één toets voor leerjaar 3 en twee toetsen voor elk volgend leerjaar) die ontwikkeld is om te na te gaan in hoeverre de leerling de basisbewerkingen van...
Neuropsychologische testbatterij die bestaat uit twaalf subtests, te weten:Subtest 1 - Tellen (5 items), het kind moet verschillende zwarte stippen hardop tellen en deze tegelijkertijd met een vinger aanwijzen.Subtest 2 - Achteruit tellen (2...
Adaptieve vragenlijst met in totaal 158 items, waarvan gemiddeld 32 items per testafname worden gemaakt. Alle items zijn gebaseerd op het dominospel, waarbij de punten zijn vervangen door letters en de ruimtelijke schikking van de letters sterk...
Vragenlijst gericht op cognitieve en sociaal-emotionele condities voor onderwijsleersituaties. Er wordt hierbij onderscheid gemaakt tussen directe en indirecte voorwaarden. De directe leervoorwaarden (42 items) zijn in zes domeinen verdeeld:1....
Vragenlijst/observatielijst met 26 items gericht op de sociale competentie van leerlingen in de context van school. Sociale competentie wordt gedefinieerd als het adequaat kunnen en willen handelen in sociale situaties. Kennis, vaardigheden en...
Test waarbij de gezinsrelaties ruimtelijk worden uitgebeeld d.m.v. het plaaatsen van schematische houten figuren, mannelijke en vrouwelijke. De afstand tussen de figuren geeft de gezinscohesie weer en de hoogteverschillen geven de hiërarchie...
Deze test omvat 14 subtests: Woordenschat, Ruimtelijk inzicht, Waarneming en Figuren sorteren (cognitieve ontwikkeling), Rekenvaardigheid en Diktee (schoolvorderingen), Woordbetekenis, Woordherkenning, Letterwoordvorming, Klank-woordvorming,...
Deze test omvat 17 subtests: Figuren sorteren, Waarneming, Woordbetekenis, Gedraaide figuren, Getal- en Letterreeksen (cognitieve ontwikkeling), Sommen I en II en Diktee (schoolvorderingen), Cijfers naschrijven I en II, Stippen verbinden,...
Vragenlijst met 20 items bestaand uit drie of vier pijnbeschrijvende adjectieven geordend naar oplopende intensiteit, b.v. kloppend, bonzend, barstend. Cliënt moet aankruisen welk woord op dit moment het best zijn pijn beschrijft. Niet elk item...
Vragenlijst met 26 items. Cliënt moet aangeven hoe vaak per maand bepaalde klachten zoals hoofdpijn, duizeligheid, gevoel flauw te vallen e.d. voorkomen. Frequentiescoring op een zespuntsschaal.